Descargar Imprimir esta página

neofeu NUS55 Instrucciones página 27

Arnés anticaída + cinturón de mantenimiento en el trabajo
Ocultar thumbs Ver también para NUS55:

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 19
en van de geïntegreerde riem. Deze onderdelen moeten beschermd worden tegen elke uit de
omgeving afkomstige aantasting: van mechanische (schokken, scherpe randen...), chemische
(zuuropspattingen, zuren, oplosmiddelen...) elektrische (kortsluitingen, vlambogen...) of thermische
aard (heet oppervlak, branders...).
- Het valbeveiligingssysteem moet verplicht verbonden worden met het rugpunt, of met de borstring.
Deze punten worden aangeduid met de letter A (enkele bevestiging).
- Het gebruik van het harnas met een subsysteem voor valbeveiliging moet compatibel zijn met de
gebruiksinstructies van elk onderdeel van het systeem en met de normen: EN353-1 / EN353-2 / EN
355 / EN360 / EN 362. Voor meelopende valbeveiligers met starre ankerlijn (EN353-1) of flexibele
ankerlijn (EN353-2) wordt voorgeschreven om het harnas te koppelen aan het borstverankeringspunt.
Voor schokdempers (EN355) of valbeveiligingen met automatisch oprollen van de kabel (EN360) het
harnas bij voorkeur vastmaken aan het rugverankeringspunt.
- Het verankeringspunt op de constructie waar het valbeveiligingssysteem aan vastgemaakt wordt,
moet zich boven de gebruiker bevinden, op korte afstand, en moet verder voldoen aan de minimale
weerstandseisen volgens de norm EN795:2012 (R ≥ 1200DaN). De gebruiker moet zich niet te ver
verwijderen van de loodlijn van deze verankering om de impact van een eventuele slingerval zoveel
mogelijk te vermijden.
- Tijdens het gebruik als werkplekpositionering door middel van een lijn (koord), moet het
verankeringspunt van de lijn zich op tailleniveau of daarboven bevinden. Deze lijn moet strak
gespannen gehouden worden. De beide zijdelingse bevestigingspunten moeten systematisch
samen worden gebruikt bij koppelingen met deze lijn. Er moet opgemerkt worden dat de
koppelingen gebeuren via een koppelstuk dat conform is aan de norm EN 362.
- De gereedschapsringen mogen in geen enkel geval gebruikt worden als verankeringspunt of als
werkplekpositioneringspunt.
- Na een val of wanneer de valindicatoren geactiveerd zijn geweest (#6), moet het harnas met de
eventueel geïntegreerde riem (Ref: NUS55C) weggegooid worden.
- Het gebruik van dit harnas, samen met de eventueel geïntegreerde riem (referentie NUS55C),
is goedgekeurd voor een persoon met een gewicht van maximaal 140 kg (dit is het gewicht van
de gebruiker, zijn gereedschappen en zijn materiaal). Opgelet, de bijbehorende valstopsystemen
moeten beantwoorden aan de eisen van de normen met betrekking tot het stoppen van een val
met een massa van 140 kg.
- Het gebruik van de riem (Bevestiging aan het bevestigingspunt voor werkpositionering) met
koppelingen voorzien van een sluitring met automatische sluiting en handmatige vergrendeling is
uitsluitend aan te bevelen in het geval dat de gebruiker de koppeling niet vaak hoeft te sluiten en
te openen, dat wil zeggen meerdere keren in de loop van één en dezelfde werkdag. Indien dit het
geval is, moet bij voorkeur een koppeling gebruikt worden met automatische sluiting.
- Een koppelstuk (haak) moet nooit belast worden ter hoogte van de sluitring.
- Het gebruik van deze uitrusting mag niet anders zijn dan voorgeschreven noch buiten de
aangegeven grenzen plaatsvinden.
LEVENSDUUR, LEVENSDUUR EN INSPECTIE
- De maximale levensduur bij ideale opslagomstandigheden en onafhankelijk van het gebruik
bedraagt 12 jaar vanaf de productiedatum.
- De maximale levensduur begint bij de levering aan de eindgebruiker (bewijs bijv. door
aankoopbon met serienummer en/of vermelding in de productspecifieke gebruiksaanwijzing)
en bedraagt 10 jaar zonder herkenbare slijtage en onder ideale opslagomstandigheden. Indien
er geen documentatie bestaat over de datum van levering aan de eindgebruiker, begint de
maximale levensduur met de op het product vermelde productiedatum.
- Met het begin van de levensduur moet het product naar behoefte, maar ten minste om de 12
maanden door een bevoegd persoon worden geïnspecteerd en zo nodig onderhouden. Alleen
met deze verplichte jaarlijkse controle kan de staat van de apparatuur worden vastgesteld en kan
worden bepaald of deze al dan niet in gebruik moet blijven. Ongeacht de maximale levensduur
is de afdanking afhankelijk van de staat van het product, de gebruiksfrequentie en de externe
bedrijfsomstandigheden. Het PBM verliest
27

Publicidad

loading

Este manual también es adecuado para:

Nus55c