42
Het zitje verwijderen
1. Verwijder de schoudergordel uit de schoudergordelgeleiding door
de schoudergordel uit de schoudergordelgeleiding te halen door de
schoudergordelvergrendeling te openen. (19, 20)
2. Trek de ISOfix ontkoppeling naar voren om de ISOfix connectoren
uit de base te schuiven. (21) Hierdoor worden de ISOfix
ontkoppelknoppen bereikbaar, om het zitje uit de auto te verwijderen.
(22)
3. Ontkoppel de ISOfix connectoren, door de ISOfix ontkoppelknoppen
in te drukken. (23) Schuif de ISOfix connectoren daarna in het zitje
voordat het zitje uit de auto wordt gehaald. Om de ISOfix connectoren
in het zitje te kunnen schuiven, ontkoppel de vergrendeling van de
ISOfix connectoren tussen de rode markeringen aan de voorzijde.
4. Verwijder het zitje uit de auto.
Installatie van 3 autozitjes
1. De SIP bumper aan de binnenzijde van de auto kan van het zitje
gehaald worden om meer ruimte te krijgen voor de plaatsing van een
ander autozitje in de middenpositie van de achterbank. Verwijder de
SIP bumper alleen aan de binnenzijde van de auto en nooit aan de
deurzijde. (24, 25)
2. Om de SIP bumper te verwijderen, duw de knop aan de binnenzijde
van de SIP bumper naar voren, verplaats de bumper opzij en
ontkoppel daarna de haken door de bumper naar achteren te
verplaatsen. (26, 27)
3. Om de SIP bumper op het zitje te plaatsen, haak (28) eerste de lage
haak in het zitje, daarna de hoge haak (29) en duw daarna de knop
(30) in en duw de bumper tegen het zitje aan. Controleer of de SIP
bumper goed vergrendeld zit. Gebruik de SIP bumper altijd aan de
deurzijde.
Verwijderen en plaatsen van de bekleding
• Let bij het verwijderen van de bekleding op, want het plaatsen van
de bekleding gebeurt in de omgekeerde volgorde.
• Verwijder eerst het rugpand en plaats ook het rugpand weer als
laatste deel.
• Voor wasinstructies, zie de wasinstructie aan de binnenzijde van de
bekleding.