Problemen oplossen
Probleem
Seallampje knippert.
Vacuümpomp werkt maar er
wordt geen lucht uit de zak
gezogen.
De zak wordt niet goed
geseald.
Er branden geen lampjes op
het bedieningspaneel.
Er gebeurt niets wanneer het
kijkvenster voor vacumeren
sluit.
Kan de zak niet in de
vacuümsealer invoeren.
De lucht was wel uit de zak
gezogen, maar er is nu weer
lucht in de zak.
De zak is gesmolten.
De lucht wordt niet uit de
FoodSaver
-vershouddoos
™
gezogen.
Oplossing
• Het apparaat is oververhit. Wacht altijd 20 seconden tussen het sealen.
• Bij intensief gebruik schakelt het apparaat automatisch uit en gaat het seallampje
knipperen. Wacht enkele minuten tot het apparaat is afgekoeld.
• De vacuümpomp heeft langer dan 120 seconden gelopen. Bij intensief gebruik
schakelt het apparaat automatisch uit en gaat het seallampje knipperen.
• Als u een zak maakt van een rol, moet u ervoor zorgen dat één uiteinde van de
zak is geseald. Leg de zak goed neer en probeer het nogmaals. Controleer of het
open uiteinde van de zak naar beneden in het lekbakje is geplaatst.
• Controleer de sealrand op kreukels of vouwen. Trek de zak voorzichtig plat
wanneer u deze in het lekbakje plaatst om kreukels in de sealrand te voorkomen.
• Open het apparaat en controleer of er zich geen vreemde voorwerpen, vuil of
voedselresten op de bovenste afdichting bevinden.
• Controleer of het apparaat is ingeschakeld.
• Als er te veel vloeistof in de zak zit, moet u de inhoud eerst invriezen voordat u
deze vacuüm sealt.
• Controleer op voedselresten om de gesealde delen. Reinig de afdichtingen
indien nodig.
• De zak is gekreukt: trek de zak voorzichtig plat wanneer u deze in het lekbakje
plaatst om kreukels in de sealrand te voorkomen.
• Het apparaat is oververhit. Wacht enkele minuten tot het apparaat is afgekoeld.
• Controleer of de stekker van het apparaat in het stopcontact zit.
• Controleer of het kijkvenster voor vacumeren goed gesloten is.
• Controleer of de stekker van het apparaat in het stopcontact zit.
• Duw de balk voor vacumeren en sealen in om te zorgen dat het kijkvenster goed
wordt gesloten.
• Controleer of de zak groot genoeg is om het midden van het lekbakje te
bereiken.
• Zorg voor ongeveer 75 mm extra ruimte, zodat de zak strak om de inhoud in de
zak kan worden geseald.
• Trek de zak voorzichtig plat wanneer u deze in het lekbakje plaatst. Controleer of
het open uiteinde van de zak naar beneden gekruld in het lekbakje is geplaatst.
• Bekijk de sealrand. Kreukels of vouwen in de sealrand kunnen de reden zijn dat
er weer lucht in de zak komt. Trek de zak voorzichtig plat wanneer u deze in het
lekbakje plaatst om kreukels in de sealrand te voorkomen.
• Als er zich vocht of voedselresten (zoals sap, vet, kruimels of poeder) langs de
sealrand bevinden, kan de zak niet goed worden geseald. Knip de zak open,
veeg de bovenrand aan de binnenkant schoon en seal de zak opnieuw.
• De zak kan beschadigd zijn door scherpe voedingswaren. Als er een gat in de zak
zit, moet u een nieuwe zak gebruiken. Wikkel scherpe voedingswaren in zacht,
beschermend materiaal, zoals papier van een keukenrol, en seal de zak dan
nogmaals.
• Het voedsel kan zijn gaan gisten of kan natuurlijke gassen hebben vrijgelaten. Dit
kan het begin van bederf betekenen en het voedsel moet worden weggegooid.
• De sealrand kan te warm zijn geworden. Laat het apparaat altijd minstens 20
seconden afkoelen voordat u de volgende zak sealt.
• Gebruik zakken van het FoodSaver
speciaal ontwikkeld voor gebruik met FoodSaver
• Het deksel van de doos moet juist op de doos zijn aangebracht.
• Zorg dat u de accessoireknop indrukt.
www.foodsavereurope.com
-merk. FoodSaver
-zakken en -rollen zijn
™
™
-apparaten.
™
55