6
2-koppen filter
7
Watertank
8
Stoomregelaar
9
Stoompijpje
10 Hittebescherming van stoompijpje
11 Kijkgat voor waterpeil
12 Gaten koffie-uitloop
13 Kopjesblad
14 Tankdeksel
15 De container van de filter
16 Doseerlepel
3 AANBEVELINGEN
• Aanbevolen wordt om voordat u de espressomachine in gebruik neemt
de waterinhoud (zonder koffie in het filter) voor zo'n 8-10 kopjes door de
filterhouder weg te laten lopen. Op deze manier wordt het hele systeem
volledig gereinigd.
• Gebruik de doseerlepel (16) om de juiste hoeveelheid gemalen koffie te
bepalen. Een lepel komt ongeveer overeen met de hoeveelheid koffie
die voor een kop koffie vereist is.
• Als u ziet dat de koffie er te langzaam uitkomt, dan is de koffie te fijn
gemalen. Aanbevolen wordt om geen extra fijn gemalen koffie te
gebruiken.
4 WERKING
A.- KOFFIE
a.- Koffie bereiden
1 Doe water in de watertank. U kunt daarvoor de watertank (7) aan de
achterkant van de espressomachine eruit halen of zijn deksel (14)
openen en het water er direct in gieten.
2 Sluit uw espressomachine op het lichtnet aan en druk op knop (1). Het
controlelampje gaat oranje branden en wordt groen wanneer de
espressomachine klaar is om koffie te gaan bereiden.
3 Als u wilt dat uw eerste bakje koffie heter is, plaats de filterhouder eerst
zonder koffie en laat er één of twee kopjes heet water uitkomen,
teneinde de onderdelen van de espressomachine op te warmen.
36
AANBEVELINGEN