3
Wanneer het scherm in de gewenste hoek
staat, draait u de 2 schroeven aan in de
schroefgaten (boven of onder) die
overeenstemmen met de hoek van het
scherm.
Draai de schroeven stevig vast.
Let op dat u de schroef niet te hard aandraait om
te vermijden dat deze beschadigd raakt (het
aandraaimoment moet minder dan 1,5 N•m
zijn).
De montageposities van het scherm
controleren
Zorg ervoor dat uw vingers niet geklemd raken en
dat u de middenconsole van uw auto niet bekrast
wanneer u het scherm aan het toestel bevestigt.
1
Maak het scherm tijdelijk aan het toestel
vast.
2
Controleer of het scherm uw zicht niet
blokkeert of u hindert tijdens het rijden.
Als de montagepositie (diepte, hoogte, hoek)
verder moet aangepast worden, verwijdert u het
scherm van het toestel en brengt u vervolgens
de nodige aanpassingen aan.
De USB-kabel correct geleiden
1
Sluit de USB-verlengkabel (kort) aan op
de USB-poort van het scherm en leid de
kabel door de voorziene gleuf.
18
NL
Om te voorkomen dat de USB-kabel loskomt,
moet u de USB-kabel langs de klemmen in de
gleuf geleiden.
Het scherm aan het toestel
bevestigen
Zorg ervoor dat uw vingers niet geklemd raken en
dat u de middenconsole van uw auto niet bekrast
wanneer u het scherm aan het toestel bevestigt.
1
Maak het scherm aan het toestel vast.
Zorg ervoor dat de verbindingsbeugel van het
scherm volledig in het toestel zit.
2
Schroef de 4 schroeven (bovenaan) vast
om de verbindingsbeugel aan het toestel
vast te maken.
Draai de schroeven stevig vast.
Let op dat u de schroef niet te hard aandraait om
te vermijden dat deze beschadigd raakt (het
aandraaimoment moet minder dan 1,5 N•m
zijn).
3
Schuif het verbindingsdeksel naar buiten
om de montagesteun van het scherm te
beschermen, en draai vervolgens de
bevestigingsschroef aan om het deksel
vast te maken.
Draai de schroef stevig vast.
Let op dat u de schroef niet te hard aandraait om
te vermijden dat deze beschadigd raakt (het
aandraaimoment moet minder dan 1,5 N•m
zijn).