In het display van de mecablitz wordt in plaats van een afstandswaarde
"Co" aangegeven.
• De mecablitz staat in de Remote-Controllerfunctie geschakeld. In deze
functie vindt in principe geen aanduiding van een afstandswaarde plaats.
In de Remote-Controllerfunctie van de mecablitz kan met het instelwiel
geen correctie op de flitsbelichting gekozen, c.q. ingesteld worden.
In de automatische Remotefunctie kan in principe geen correctie op de
flitsbelichting worden ingesteld.
• In de TTL-Remotefunctie kan een correctie op de flitsbelichting worden
ingesteld, als deze maar wordt ingesteld alvorens de mecablitz in de
Controllerfunctie wordt geschakeld. De waarde van de correctie wordt in
de Remote-Controllerfunctie niet aangegeven, hij blijft weliswaar werk-
zaam. In plaats van de waarde van de correctie wordt in het LC-display
van de mecablitz het Remote-Adres (Remote-kanaal) "Ad1", c.q. "Ad2"
aangegeven.
(Ni) Op de mecablitz is de Nikon-invulflitsfunctie "matrixgestuurd invulflit-
sen", c.q. "3D-Multisensor-invulflitsen" niet in te stellen.
• De bedoelde invulflits is alleen op de mecablitz in te stellen als deze van
een adapter SCA 3402 is voorzien en aangebracht is op een ingeschakel-
de camera die de bedoelde invulflitsfunctie ondersteunt. Er moet minstens
eenmaal een uitwisseling van gegevens tussen camera en SCA-adapter
hebben plaatsgevonden (daarvoor is het voldoende om even de ontspan-
knop van de camera aan te tippen zonder de sluiter te ontspannen).
• In de Remotefunctie, bij weggezwekte hoofdreflector of bij ingeschakelde
hulpreflector wordt "3D-Multisensor-invulflitsen" (Nikon) niet ondersteund;
deze functie kan onder de bovengenoemde omstandigheden dus ook niet
worden uitgevoerd.
• De Nikon-invulflitsregeling die aangestuurd wordt is afhankelijk van het
type camera.
In het LC-display van de mecablitz knippert het symbool van diafragma
en diafragmawaarde.
• Het lichtregelbereik van de mecablitz in de automatisch-flitsenfunctie A
wordt onder de gegeven opnameomstandigheden, c.q. de instelling op de
camera overschreden.
Mogelijke remedie: de omgeving van de opname donkerder maken, ge-
bruik een lager gevoelige film of stel op de camera, c.q. op de mecablitz
een hogere diafragmawaarde in.
De AF-roodlichtschijnwerper van de mecablitz wordt niet geactiveerd.
Mogelijke oorzaken:
• De omgeving is helder genoeg voor de AF-sensor om de camera zelf te
laten scherpstellen.
• De camera activeert indien nodig zijn eigen AF-hulplicht.
• Er is een andere dan de AF-functie Single-AF (S) geactiveerd.
• Er is een gedecentraliseerd AF-meetveld op de camera geactiveerd.
Mogelijke remedie:
• schakel de camera in de AF-functie "Single-AF", c.q. S (zie verder de
gebruiksaanwijzing van de camera).
• Activeer de centrale AF-sensor in de zoeker van de camera.
Problemen met de Remote-Controllerfunctie en een flitsbelichtingstrapje.
• In de Remote-Controllerfunctie is een flitsbelichtingstrapje niet mogelijk! Als
er een flitsbelichtingstrapje wordt ingesteld en daarna de mecablitz in de
Remotefunctie wordt geschakeld, dan wordt het flitsbelichtingstrapje niet
meer aangegeven en ook niet uitgevoerd!
Remote-Controllerfunctie en een correctie op de flitsbelichting.
• Als op de mecablitz een correctie op de flitsbelichting wordt gekozen en
daarna naar de Remote-Controllerfunctie wordt omgeschakeld, dan wor-
den de volgende opnamen eveneens met deze correctiewaarde belicht. In
het display van de mecablitz wordt echter geen (!) correctiewaarde aange-
geven!
97