Controle van de remwerking
Voor werkaanvang, controleer altijd de werking van de rem:
Om dit te doen, hijs, trek of span een last en laat deze weer laten zakken/ontlasten over
een korte afstand. Wanneer de hendel wordt losgelaten, moet de last in elke positie
gehouden worden.
Deze controle is er om voor te zorgen dat ook bij temperaturen onder 0 ° C, de
remschijven niet bevriezen. Herhaal dit tenminste tweemaal, voordat er verder wordt
werk.
LET OP: Als de rem niet goed werkt, moet het apparaat onmiddellijk buiten
gebruik worden gesteld en de fabrikant moet ingelicht worden!
Inspectie van het aanslagpunt
Het bevestigingspunt voor de takel moet zo gekozen worden, dat de draagconstructie
waar het aan gemonteerd moet worden voldoende stabiliteit biedt en dat de te
verwachten krachten veilig opgenomen kunnen worden.
Zorg ervoor dat het apparaat ook onder last vrij kan bewegen, aangezien er anders
ontoelaatbare extra last kan ontstaan.
De keuze en berekening van de geschikte draagconstructie zijn de verantwoordelijkheid
van het bedrijf dat het apparaat bezit.
Inspectie van de lastketting
Inspecteer de lastketting op voldoende smering, externe gebreken, vervormingen,
scheurtjes, slijtage en corrosie.
Inspectie van het kettingeindstuk
Het kettingeindstuk moet altijd worden bevestigd aan het losse uiteinde van de
onbelaste streng. Deze mag niet versleten of beschadigd zijn.
Inspectie van de boven- en onderhaak
De boven- resp. onderhaak moet op scheuren, vervormingen, beschadigingen, slijtage
en corrosie gecontroleerd worden. De veiligheidsbeugel moet vrij kunnen bewegen en
volledig functioneren.
Inspectie van de kettingverloop in het onderblok
Alle apparaten met twee of meer kettingstrengen moet worden gecontroleerd voordat
het eerste gebruik om ervoor te zorgen dat de lastketting niet gedraaid of vervlochten
is. Bij takels met twee of meer strengen kunnen de kettingen worden verdraaid als het
onderblok omgeslagen is.
Bij het vervangen van de ketting, controleer dat de kettingverloop juist is. De
schalmlassen moeten naar buiten wijzen.
Plaats alleen kettingen die toegelaten zijn door de fabrikant. Het niet respecteren van
deze specificaties zal tot gevolg hebben dat de garantie met onmiddellijke ingang
vervalt.
Functionele test
Voor de ingebruikname moet de goede werking van de kettingaandrijving worden
getest in onbelaste toestand.
F
/G
UNCTIE
EBRUIK
Installatie, onderhoud en gebruik
De personen belast met de installatie, het onderhoud of het onafhankelijk gebruik van
het hijstoestel moeten vertrouwd zijn met de werking van de apparaten.
Deze personen moeten specifiek voor de installatie, het onderhoud en het gebruik
worden aangewezen door het bedrijf. Bovendien moeten ze bekend zijn met de
geldende veiligheidsvoorschriften.
Kettingvrijloop
De schakelpal in neutrale stand zetten. De lastketting kan nu snel in beide richtingen
worden getrokken en op voorspanning gebracht worden.
LET OP: De minimale last nodig voor het automatisch sluiten van de rem is
tussen de 30 en 45 kg.
Last hijsen
De schakelpal op "up" "↑" zetten en zet deze vast (afb. 1).
Bedien de hendel met een pompbeweging. Als het werk wordt onderbroken terwijl de
takel belast is moet de schakelpal altijd in de "up"positie (↑) blijven staan.
De last verlagen
De schakelpal op "down" "↓" zetten en zet deze vast (afb. 1).
Bedien de hendel met een pompbeweging.
Remvergrendeling
Wordt een onder last staande takel ineens ontlast bv. door het optillen van de last of
met muren omtrekken zonder dat de last al verlaagd werd, zal de rem gesloten blijven.
De rem zal ook sluiten wanneer de lasthaak met onderblok te strak tegen de behuizing
wordt getrokken.
Een vastzittende rem losmaken
De schakelpal op "down" "↓" zetten en de hendel hardhandig draaien. Als de rem erg
vastzit, kan deze worden losgemaakt door op de hendel te slaan.
I
, O
R
NSPECTIES
NDERHOUD EN
EPARATIE
Volgens
bestaande
nationale/internationale
voorschriften
ongevallen, resp. veiligheidsvoorschriften moeten hijsmiddelen
• overeenkomstig de gevarenbeoordeling van de gebruiker,
• voor de eerste ingebruikname,
• voor het opnieuw in gebruik nemen na buitengebruikstelling,
• na fundamentele veranderingen,
• i.i.g. minstens 1 x per jaar door een bevoegd persoon gecontroleerd worden.
LET OP: Bij bepaalde gebruiksomstandigheden (bijv. bij galvaniseren) kunnen
kortere periodes tussen de controles noodzakelijk maken.
Reparatiewerkzaamheden mogen alleen door werkplaatsen die originele Yale
onderdelen gebruiken uitgevoerd worden. De controle (in wezen zicht- en
functiecontrole) dient zich te richten op de volledigheid en werking van de
veiligheidsinrichtingen evenals op de toestand van het apparaat, draagmiddel, uitrusting
en draagconstructie met betrekking tot beschadiging, slijtage, corrosie of andere
veranderingen.
De ingebruikname en de periodieke controles moeten gedocumenteerd worden (bijv. in
het CMCO-werkboek). Zie hiervoor ook de onderhouds- en inspectie-intervallen op
bladzijde.
Op verzoek dienen de uitkomsten van de controles en de deskundigheid van de
uitgevoerde reparaties bewezen worden. Is het hijsmiddel (vanaf 1t hijscapaciteit) aan
of in een loopkat ingebouwd en wordt met het hijsmiddel een gehesen last in een of
meerdere richtingen bewogen, dan wordt deze als kraan beschouwd en dienen er
verdere controles uitgevoerd te worden.
Lakbeschadigingen moeten worden bijgewerkt om corrosie te voorkomen. Alle
bewegende delen en glijvlakken moeten licht worden gesmeerd. Bij sterke vervuiling
het apparaat reinigen.
Na uiterlijk 10 jaar moet het apparaat grondig geïnspecteerd worden.
Controleer met name de afmetingen van de lastketting en de boven- cq. onderhaak.
LET OP: Na het vervangen van componenten is het verplicht een aansluitende
controle door een bekwaam persoon uit te laten voeren.
Inspectie van de lastketting (naar DIN 685-5)
Lastkettingen moeten jaarlijks worden gecontroleerd op mechanische beschadigingen,
maar in ieder geval na elke 50 gebruiksuren. Controleer de lastketting op voldoende
smering, externe defecten, vervormingen, oppervlaktescheurtjes, slijtage en corrosie.
Een schalmketting moet worden vervangen als de originele nominale dikte "d" van de
schalm met de meeste slijtage met meer dan 10% is afgenomen of als de ketting met
5% is uitgerekt over een steek "pn" of 3% over 11 steken (11 x pn).
Nominale afmetingen en slijtagelimieten staan aangegeven in tabel 2. Als een van de
limieten is bereikt moet de ketting worden vervangen.
p
n
11 x
p
n
d = Nenndicke der Kette / Nominal thickness of chain
Epaisseur nominale de la chaîne
d
, d
= Istwert / Actual value / Valeur réelle
1
2
d
+ d
1
2
d
=
≤ 0,9 d
min.
2
Onderhoud van de lastketting
In de meeste gevallen is slijtage aan schalmen, waar ze elkaar raken, veroorzaakt door
slecht onderhoud van de ketting. Om een optimale smering van de ketting te
garanderen moet deze regelmatig en in verhouding met het gebruik worden gesmeerd
met een kruipende olie (b.v. versnellingsbakolie). Gebruik een droog smeermiddel, b.v.
PTFE spray, in een slijtageverhogende omgevingen, zoals zand, etc. Door zorgvuldige
smering van de lastketting kan de levensduur van de ketting 20 tot 30 maal worden
verhoogd ten opzichte van een niet onderhouden ketting.
• De ketting moet in onbelaste toestand gesmeerd worden zodat de olie tussen de
contactoppervlakten kan komen, anders zal de ketting sneller slijten.
• Het is niet genoeg om de ketting alleen aan de buitenkant te smeren omdat er zich
dan geen film zal opbouwen op de contactoppervlakten.
• Bij een contante hijsbeweging moet het omschakelpunt van hijsen naar dalen in het
bijzonder worden gecontroleerd.
• Smeer de ketting over de hele lengte, ook het gedeelte in het huis.
• Maak vervuilde kettingen schoon met petroleum of een gelijk soort product, verwarm
nooit de ketting.
• Tijdens het smeren ook de ketting controleren op slijtage.
LET OP: Zorg ervoor dat geen smeermiddel in het remhuis komt. De rem kan
hierdoor uitvallen.
De lastketting vervangen
De lastketting moet worden vervangen door een nieuwe ketting van dezelfde
afmetingen en kwaliteit als er sprake is van zichtbare schade of vervormingen, maar op
zijn laatst als de slijtagelimiet bereikt is. Een lastketting die afgekeurd is mag alleen
worden vervangen door een erkende en gespecialiseerde werkplaats. Plaats alleen
kettingen die toegelaten zijn door de fabrikant. Het niet respecteren van deze
specificaties zal tot gevolg hebben dat de garantie met onmiddellijke ingang vervalt.
OPMERKING: Het vervangen van de lastketting moet worden gedocumenteerd!
Takel met enkele streng
• Monteer alleen een nieuwe ketting in onbelaste toestand.
• Een geopende schalm is nodig als gereedschap. Deze kan worden verkregen door
een stuk van een schalm met dezelfde afmetingen weg te slijpen met behulp van een
haakse slijper. Het weggeslepen stuk moet minstens dezelfde lengte hebben als de
dikte van de schalm.
• Verwijder de lasthaak van de oude lastketting en hang de geopende schalm aan het
losse eind van de lastketting.
• Hang de nieuwe, gesmeerde lastketting in de geopende schalm en trek hem door de
takel (draai het handwiel met de klok mee).
• De ketting niet verdraaid inbouwen. De lassen moeten naar buiten wijzen op het
kettingwiel.
• Als de oude ketting door de takel is getrokken kan hij worden verwijderd samen met
de geopende schalm en de haak kan worden bevestigd aan de nieuwe lastketting die
net is gemonteerd.
• Verwijder de kettingstopper van het losse kettingeind van de oude, vervangen
lastketting en maak hem vast aan de nieuwe lastketting die net is gemonteerd.
LET OP: De kettingstopper moet altijd aan het losse einde van de ketting
(onbelaste streng) worden bevestigd.
Takel met meerdere strengen
LET OP: Alleen de nieuwe ketting door het onderblok trekken als deze onbelast
is, anders kan het onderblok vallen wanneer de lastketting losgemaakt wordt.
Letselgevaar!
• Een geopende schalm is nodig als gereedschap. Deze kan worden verkregen door
een stuk van een schalm met dezelfde afmetingen weg te slijpen met behulp van een
haakse slijper. Het weggeslepen stuk moet minstens dezelfde lengte hebben als de
dikte van de schalm.
• Maak de belaste kettingstreng los van het huis van de takel of het onderblok
(afhankelijk van het model).
• Hang de gemaakte open schalm in het nu loshangend lastkettingeinde.
• Hang de nieuwe, gesmeerde lastketting in de geopende schalm en trek hem door het
onderblok en de takel (draai het handwiel met de klok mee).
• De ketting niet verdraaid inbouwen. De lassen moeten naar buiten wijzen op het
kettingwiel.
• Als de oude ketting door de takel is getrokken kan hij worden verwijderd samen met
de geopende schalm.
• Bevestig de belaste streng van de nieuwe lastketting aan het huis/frame of aan het
onderblok (afhankelijk van het model) van de takel.
• Bevestig de kettingstopper aan het losse einde van de nieuwe lastketting.
ter
voorkoming
van
LET OP: Het losse einde van de onbelaste streng moet altijd aan de
kettingstopper bevestigd worden.
Inspectie van de last- en bovenhaak.
De haken moeten worden geïnspecteerd op vervorming, schade, oppervlaktescheuren,
slijtage en corrosie als nodig, maar ten minste eenmaal per jaar. Door bepaalde
gebruiksomstandigheden moet de keuringsfrequentie mogelijk korter zijn. Haken, die na
keuring niet meer blijken te voldoen, moeten worden vervangen door nieuwe. Lassen
aan de haak, bijvoorbeeld voor de reparatie van slijtage en scheuren, is niet
toegestaan. Een last of ophanghaak moet worden vervangen als de mondopening meer
dan 10% is toegenomen of als de nominale afmetingen door slijtage met meer dan 5%
zijn afgenomen. De nominale waarden en grenswaarden voor slijtage zijn te vinden in
tabel 3. Wanneer een van de grenswaarden is bereikt, moeten de onderdelen worden
vervangen.
Inspectie van de rem
Onmiddellijk contact opnemen met de fabrikant, als onregelmatigheden worden
vastgesteld (bijv. defecte remschijven). Alle onderdelen van de rem moeten worden
gecontroleerd op slijtage, beschadiging, verkleuring door oververhitting en op
functionaliteit.
Remschijven moeten altijd vrij van vet, olie, water of vuil zijn. Controleer op verkleving
van de remschijven.
Reparaties mogen alleen door erkende en gespecialiseerde werkplaatsen worden
uitgevoerd die gebruikmaken van originele reserveonderdelen van Yale.
d
1
Na een reparatie of lange periode zonder gebruik moet de takel opnieuw worden
gekeurd voor ingebruikname.
De keuringen moeten worden geïnitieerd door de eigenaar.
T
, O
V
RANSPORT
PSLAG EN
ERWIJDERING
Bij het vervoer van het apparaat moeten de volgende punten in acht worden
genomen:
• Nooit met het apparaat gooien, altijd voorzichtig neerzetten.
• De lastketting zo transporteren dat deze niet in de knoop kan raken en lussen kan
vormen.
•
Gebruik
passende
vervoersmiddelen.
Dit
hangt
omstandigheden.
Bij opslag of de tijdelijke buitengebruikstelling van het apparaat moeten de
volgende punten in acht worden genomen:
• Bewaar het apparaat op een schone, droge plaats.
• Bescherm het apparaat, met inbegrip van alle bijbehorende onderdelen, tegen vuil,
vocht en schade door middel van een geschikte afdekking.
• Bescherm de haken tegen corrosie.
• Een dunne film smeermiddel moet worden aangebracht op de ketting.
WAARSCHUWING: Zorg er voor dat er zich geen smeermiddel in het remhuis
bevindt. De rem kan hierdoor uitvallen.
• Omdat de remschijven kunnen bevriezen bij temperaturen onder 0° C moet het
apparaat met een gesloten rem opgeslagen worden. Hiervoor de keuzeschakelaar op
heffen ( ↑ ) zetten en de hendel bedienen terwijl de lastketting wordt vastgehouden.
• Als het apparaat weer in gebruik wordt genomen na een periode van
buitengebruikstelling moet deze opnieuw worden gekeurd door een bevoegd persoon.
Verwijdering:
Na de definitieve buitengebruikstelling van het apparaat, deze compleet of in delen
recycleren en, indien van toepassing, de gebruikte smeermaterialen (olie, vet, enz.) in
overeenstemming met de wettelijke bepalingen verwijderen.
Meer
informatie
en
downloadbare
handleidingen
www.cmco.eu!
Beschreibung
Description
1 Traghaken
1 Top hook
mit Sicherheitsbügel
with safety latch
2 Gehäuse
2 Housing
3 Lastkette
3 Load chain
4 Unterflasche
4 Bottom block
5 Lasthaken
5 Load hook
mit Sicherheitsbügel
with safety latch
6 Handrad
6 Handwheel
7 Schalthebel
7 Pawl rod lever
8 Handhebel
8 Hand lever
9 Kettenendstück
9 Chain stop
af
van
de
plaatselijke
zijn
beschikbaar
op
Description
1 Crochet de suspension,
linguet de sécurité
2 Carter
3 Chaîne de charge
4 Moufle
5 Crochet de charge,
linguet de sécurité
6 Volant de manouvre
7 Levier inverseur
8 Levier de manoeuvre
9 Arrêt de chaîne