Gas
(afb. 3)
Controleren:
R
Het veiligheidsventiel op de gasfles moet open zijn en er
moet gas in de fles zitten;.
R
Het centrale ventiel in het voertuig zelf (indien aanwezig)
moet open zijn.
Als "gas" wordt gekozen, zal de elektronische kaart voor net
genoeg stroom zorgen om de vlam te ontsteken . Er moet gas
zijn. Als gas als energiebron wordt gekozen en het lampje (10)
brandt niet, dan betekent dit dat de brander normaal werkt; als
het lampje (10)
knippert, betekent dit dat de brander nog in de ontstekingsfase
is.
1.
Op de toets (3) drukken totdat het lampje(6) gaat
branden. Het lampje (10) begint te knipperen.
2.
Het veiligheidsventiel (9) indrukken en op de stand
met de grote vlam draaien.
3.
Het veiligheidsventiel (9) ingedrukt houden.
4.
Als het lampje (10) ophoudt met knipperen, 3-4
seconden wachten en dan het veiligheidsventiel (9)
loslaten.
5.
Als ongeveer 30-40 seconden verlopen zijn en het
lampje (10) knippert nog steeds, dient u het
veiligheidsventiel (9) los te laten en de punten 3 en 4
te herhalen.
Als er geen directe energie door een accu wordt
geleverd, kan de koelkast niet op gas werken .
Werking van de koelkast
!
R
Leef de hierna volgende aanwijzingen stipt
na.
R
Deze koelkast werkt optimaal als hij recht en
vlak staat.
R
Tijdens de verplaatsingen en als het voertuig in beweging
is, mag de koelkast NIET op gas werken omdat de vlam
kan uitdoven.
R
Tijdens onweer en sterke wind, mag de koelkast NIET op
gas werken omdat de vlam kan uitdoven.
De koelkast is uitgerust met een elektrische thermostaat en een
meerstandengasventiel om de temperatuur te regelen.
KOELKAST OP GAS (afb.3)
De temperatuur wordt geregeld met het veiligheidsventiel (9).
Voor de koudste stand zet u de knop op de grote vlam , voor
de minst koude stand zet u deze op de kleine vlam.
Onderhouds- en gebruikershandleiding - Trivalenti
KOELKAST OP NETSTROOM (afb.3)
U regelt de temperatuur met de thermostaat (8) rechts op het
paneeltje met de bedieningsknoppen.
De thermostaat kan op 7 temperatuurstanden worden gezet die
gesignaleerd worden door de 4 controlelampjes.
Het eerste lampje links signaleert de hoogste temperatuur (minst
koud).
Met de toets (7) wijzigt men de temperatuur; een druk op de
toets verplaatst de controlelampjes die aangaan en dus de
temperatuur in de koelkast.
Zodra men de laagste temperatuur heeft bereikt (koud) (laatste
lampje rechts brandt), zal een volgende druk op de toets (7) de
temperatuur weer op de hoogste stand zetten (warm) (laatste
lampje links brandt).
KOELKAST OP ACCUSTROOM (afb.3)
Als de koelkast op de accu werkt, kan de temperatuur niet
worden geregeld. In deze situatie staat de thermostaat vast op de
laagste temperatuur (koud).
DE VENTILATIE AANZETTEN (afb. 3)
Men zet de ventilatie aan met de toets (1). Als de ventilatie
ingeschakeld is, brandt het controlelampje (2).
De ventilatie kan met elke energiebron worden ingeschakeld,
maar werkt alleen als er accustroom is (Vcc).
VOEDINGSMIDDELEN BEWAREN
Op de meeste voedingsmiddelen staat hoe ze dienen te worden
bewaard. Leef deze aanwijzingen na. Bewaar voedingsmiddelen
in gesloten dozen of potten . Zet geen warme voedingsmiddelen
in de koelkast, wacht tot deze zijn afgekoeld. Het koudste vak is
geschikt om ijs te maken en om bevroren voedingsmiddelen te
bewaren volgens de tijden en wijzen die op de verpakkingen
staan. Dit vak is niet geschikt om voedingsmiddelen in te vriezen.
Als u drank in flessen in het koude vak zet, kunnen de flessen
barsten.
IJS MAKEN
Men dient bij voorkeur 's nachts ijs te maken als de koelgroep
minder moet werken.
Het ijsbakje vullen met water (A) (afb. 6) (als het ijs bedoeld is om
in drank te doen, dient men UITSLUITEND
hiervoor te gebruiken) en in het vriesvak zetten. Als men een
beetje water in het vriesvak zelf giet,
tussen het ijsbakje en het koelsysteem, wat de ijsproductie
versnelt.
HET TOESTEL LATEN ONTDOOIEN
Telkens als er meer dan 3 millimeter ijs op de wanden van het
toestel zit,
verdient het aanbeveling het toestel te laten ontdooien.
De koelkast zal hierdoor beter renderen
en minder energie verbruiken. Om
het toestel helemaal te laten ontdooien met
de toets (3) (afb.3), zet men eerst de koelkast uit en sluit men het
gaskraantje.
(9) (afb.3). Laat het deurtje openstaan om
het toestel sneller te laten ontdooien. Verwijder het aangeslagen
ijs niet met
54
drinkbaar water
zal er meer contact zijn