11.10 Slijtagegrenzen van de
messen
Voor het bereiken van de
aangegeven slijtagegrenzen
moeten de betreffende messen
worden gedraaid resp. worden
vervangen. VIKING beveelt u de
VIKING vakhandelaar aan.
1 Messenoverzicht
– 1 stuks combimes (1)
– 3 stuks vleugelmessen (2)
– 2 stuks scheurmessen (3)
● Messenset demonteren. (
2 Combimes
● Plaats tegen de referentiekant van het
combimes (4) een liniaal (5).
De afstand (A) tussen de snijrand en de
liniaal geeft de slijtage aan.
Maximale slijtagegrens (A) combimes (1):
A = 5 mm
3 Vleugelmessen
De meetprocedure en de
aangegeven waarde is voor alle
drie de vleugelmessen hetzelfde.
Bij de vleugelmessen kan door een
ongelijke belasting van de
snijranden asymmetrische slijtage
optreden.
● Meet de mesbreedte op twee of drie
meetpunten langs de snijrand.
Hanteer de kleinste waarde.
Minimale mesbreedte (B)
Vleugelmessen (2):
B = 40 mm
92
4 Scheurmessen
De meetprocedure en de
20
aangegeven waarde is voor beide
scheurmessen hetzelfde.
Bij de scheurmessen kan door een
ongelijke belasting van de
snijranden asymmetrische slijtage
optreden.
● Meet de mesbreedten op twee of drie
meetpunten langs de snijranden.
Hanteer de kleinste waarde.
Minimale mesbreedten (C, D)
scheurmessen (3):
C = 23 mm
D = 16 mm
11.5)
11.11 Opslag en winterpauze
Apparaat in een droge, afgesloten en
stofvrije ruimte opslaan. Bewaar het
apparaat altijd buiten het bereik van
kinderen.
Het apparaat mag alleen in goede staat
worden opgeslagen.
Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en
schroeven vast zijn aangedraaid,
vernieuw onleesbaar geworden
waarschuwingsaanwijzingen op het
apparaat, controleer de gehele machine
op slijtage of beschadigingen. Vervang
versleten of beschadigde onderdelen.
Eventuele storingen aan het apparaat
moeten in de regel voor het opbergen
worden verholpen.
Neem bij een langere stilstand van het
apparaat (winterpauze) de volgende
punten in acht:
● Maak alle onderdelen aan de
buitenkant van het apparaat zorgvuldig
schoon.
● Smeer alle bewegende delen goed in
met olie of vet.
12. Transport
Gevaar voor letsel!
Lees voor het transport het
hoofdstuk "Voor uw veiligheid", in
het bijzonder het hoofdstuk
"Transport van de machine"
zorgvuldig door en volg de
instructies op. (
4.4)
Transporteer de tuinhakselaar
alleen met gemonteerde trechter.
Kijk voor het optillen in het
hoofdstuk "Technische gegevens"
eerst hoeveel de machine weegt.
(
18.)
12.1 Tuinhakselaar trekken of
duwen
● Tuinhakselaar aan de
uitworpverlenging (1) vasthouden en
achterover kantelen.
● De tuinhakselaar kan langzaam
(stapvoets) worden getrokken of
geduwd.
12.2 Tuinhakselaar optillen of
dragen
De machine moet altijd met ten
minste twee personen worden
opgetild of gedragen.
Draag geschikte veiligheidskleding
die de onderarmen en het
bovenlichaam geheel bedekt.
0478 201 9907 F - NL
21
22