Afstellen remkoppel van de bus
Om te voorkomen dat de lasdraad uit zichzelf afrolt, is de
bus voorzien van een rem.
De rem is af te stellen door M10-bout te draaien. Deze zit
in het
busframe en
bevestigingsdop van de bus is verwijderd.
Afbeelding 8.
21. Bevestigingsdop.
22. Stelbout M10.
23. Drukveer.
Wanneer de M10-bout rechtsom wordt gedraaid, neemt
de veerspanning toe, wat leidt tot een sterkere
remwerking.
Wanneer de M10-bout linksom wordt gedraaid, neemt de
veerspanning af, wat leidt tot een lichtere remwerking.
Na voltooiing van het afstellen moet de bevestigingsdop
weer geplaatst worden.
Afstellen
van
drukrollen
De druk kan worden aangepast door de stelmoer
rechtsom te draaien voor een hogere druk en linksom
voor een lagere druk.
WAARSCHUWING
Bij een te lage druk zal de drukrol doorslippen. Bij een te
hoge druk kan de lasdraad vervormd raken, wat kan
leiden tot problemen in de lastoorts. De juiste instelling zit
daar net tussenin. Verminder geleidelijk de druk totdat de
draad op de drukrol begint te slippen. Voer daarna de
druk weer iets op door de stelmoer één slag te draaien.
Lasdraad in de lastoorts voeren
Sluit de juiste lastoorts aan op de Euro-aansluiting; de
nominale parameters van de toorts en de lasbron moeten
overeenkomen.
Verwijder de gasverdeler en contactpunt van de lastoorts.
Stel de draadaanvoersnelheid in op een positie van
ongeveer 10 m/min met de WFS-knop [2].
Zet de schakelaar Cold Inch / Gas Purge [15] in de stand
"Cold Inch" en houd deze stand vast totdat de
elektrodedraad loskomt van de contactpunt van de
lastoorts.
Nederlands
wordt bereikbaar nadat
21
22
23
de
kracht
van
Zorg dat ogen en handen verwijderd blijven van het
uiteinde
van
aangevoerd.
de
Wanneer de draad door de lastoorts is gevoerd, schakelt
u de draadaanvoer uit voordat u de contactpunt en
gasverdeler terugplaatst.
MIG-
/
MAG-lassen
modus
Wanneer u het lasproces met de MIG- / MAG-methode in
de handmatige modus begint, moet u het volgende:
Schakel de machine in die de draadaanvoerunit voedt.
Steek de elektrodedraad in de toorts met de
schakelaar "Cold Inch" [15].
Controleer de gasstroming met de Gas "Purge-
schakelaar" [15].
Zet de knop [11] (alleen WF24S) in de handmatige
positie (controleer of de HANDMATIGE modus op het
paneel [4] brandt).
Stel op basis van de geselecteerde lasmodus en
materiaaldikte
lastoevoersnelheid in met de WFS-knop [2].
U kunt nu lassen, maar houd de van toepassing zijnde
regels in acht.
Lasbron selecteren (alleen WF24S)
De draadaanvoerunit WF24S kan met de onderstaande
de
voedingsbronnen in de synergische modus werken:
355S.
425S.
De aanvoerunit wordt ingesteld op werken in combinatie
met 425S (fabrieksinstelling).
Wanneer de voedingsspanning moet worden aangepast,
doet u het volgende:
Schakel de toevoer van de draadaanvoerunit uit.
Zet de knop voor de keuze van de draaddoorsnede
[10] in de stand "1.6 CORE". Zet de knop van het
gekozen lasmateriaal en gasmengsel [11] in de
"HANDMATIGE" stand.
Schakel de toevoer van de draadaanvoerunit in.
Zet binnen 15 seconden de knop voor de keuze van
de draaddoorsnede [10] in de stand "0.8" en de knop
voor het gewenste lasmateriaal en gasmengsel [11] in
de stand "STEEL (80%AR 20%CO2)" (controleer of
"S" op het display "V" brandt).
Stel met de knop [2] de juiste lasbron in op het display:
- 355 S
- 425 S
Sla de geselecteerde waarde op door de knop voor de
keuze van de draaddoorsnede [10] in de stand "1.6
CORE" te zetten – de draadaanvoerunit is klaar voor
gebruik.
Het display "V" laat het nummer van de geselecteerde
bron (355S/425S) gedurende 2 seconden branden nadat
de toevoer van de draadaanvoerunit is ingeschakeld.
8
WAARSCHUWING
de
lastoorts
terwijl
lasdraad
WAARSCHUWING
in
handmatige
de
juiste
lasspanning
WAARSCHUWING
wordt
en
Nederlands