– als de meetwaarden op één of
meerdere punten worden bereikt of
buiten de toegestane grenzen liggen.
Als het als accessoire verkrijgbare
multimes op de grasmaaier gemonteerd is,
gelden er andere slijtagegrenzen (zie
gebruiksaanwijzing van het accessoire).
12.5 Maaimes demonteren en
monteren
Demontage:
● geschikt houten blok (1) voor het
tegenhouden van het maaimes (2)
gebruiken.
● Mesbout (3) losschroeven.
Maaimes (2), mesbout (3) en
borgring (4) wegnemen.
Montage:
Kans op letsel!
Het maaimes (2) kan alleen zoals
afgebeeld worden gemonteerd. De
lippen (7) moeten naar onder en de
sterk gebogen mesvleugels moeten
naar boven wijzen.
Het voorgeschreven
aandraaimoment van de mesbout
precies aanhouden, omdat een
veilige bevestiging van het
snijgereedschap daarvan afhangt.
Mesbout (3) extra met Loctite 243
borgen.
Borgring (4) bij elke montage van
het mes, mesbout (3) bij elke
mesvervanging vervangen.
● Montagevlak en bus van het mes
reinigen.
74
● Maaimes (2) met de omhoog gebogen
vleugels naar boven (richting apparaat)
monteren. De bevestigingsnokken (5)
aan de meshouder moeten in de
boringen (6) van het maaimes worden
geplaatst.
● Geschikt houten blok (1) voor het
tegenhouden van het maaimes (2)
gebruiken.
● Mesbout (3) met een nieuwe
borgring (4) erin draaien en
21
vastdraaien.
Aandraaimoment: 60 - 65 Nm
12.6 Maaimes slijpen
VIKING raadt aan om het maaimes door
een vakman te laten slijpen. Bij een onjuist
geslepen mes (onjuiste slijphoek,
onbalans enz.) komt de goede werking
van het apparaat in het gedrang.
Aanwijzingen voor het slijpen:
● Maaimes demonteren (
● Koel het maaimes tijdens het slijpen,
bijv. met water. Het mes mag niet blauw
worden, omdat anders de snijresultaten
minder worden.
● Slijp het mes gelijkmatig om trillingen
door onbalans te voorkomen.
● Met een hoek van 30° slijpen.
● Verwijder eventueel na het slijpen
bramen op het lemmet met fijnkorrelig
schuurpapier.
● Slijtagegrenzen aanhouden. (
12.7 Opslag en stilleggen (winterpauze)
Apparaat in een droge, afgesloten,
stofvrije ruimte opslaan. Bewaar het
apparaat altijd buiten het bereik van
kinderen.
Eventuele storingen voor het opslagen
corrigeren. Het apparaat moet steeds
gebruikklaar zijn.
Brandstof uit de brandstoftank aftappen en
carburateur ledigen voor de opslag (bijv.
door leegrijden).
Neem bij een langere stilstand van het
apparaat (winterpauze) bijkomend de
volgende punten in acht:
● Maak alle onderdelen aan de
buitenkant van het apparaat zorgvuldig
schoon.
● Smeer alle bewegende delen goed in
met olie of vet.
● Schroef de bougie eruit (zie
gebruiksaanwijzing verbrandingsmotor)
12.5).
en giet ca. 3 cm³ motorolie in de
bougieboring in de verbrandingsmotor.
Laat de verbrandingsmotor een paar
keer zonder bougie doordraaien (aan
de startkabel trekken).
Brandgevaar!
Houd de bougiestekker wegens
ontstekingsgevaar uit de buurt van
het bougiegat.
● Bougie terug inschroeven (zie
gebruiksaanwijzing
verbrandingsmotor).
12.4)
● Ververs de olie (zie gebruiksaanwijzing
verbrandingsmotor).
● Dek de verbrandingsmotor goed af en
bewaar het apparaat in normale stand.
0478 111 9923 F - NL