4. SPECIALE TOEPASSINGEN
4.11 Stroomonderbrekers/zekeringen zoeken op systemen met lichtdimmers
De lichtdimmers kunnen een aanzienlijke hoeveelheid elektrische "ruis" produceren die bestaat uit een
multifrequentiesignaal. In sommige zeldzame situaties kan de ontvanger deze ruis, vaak een "ghost"-
signaal genoemd, verkeerd aflezen als een door de zender gegenereerd signaal. In een dergelijke
situatie, zal de ontvanger onjuiste aflezingen geven.
Als u stroomonderbrekers of zekeringen op lichtdimmers zoekt, moet u ervoor zorgen dat de dimmer
uit is (de lichtschakelaar is uit). Dit verhindert dat de ontvanger een verkeerde stroomonderbreker/
zekering aanduidt.
4.12 Signaalklem (optioneel accessoire) - Gesloten luscircuits
Gesloten lus, spanningsloze en lage impedantiecircuits
De tang wordt gebruikt voor toepassingen waar er geen toegang is tot blote geleider voor het
aansluiten van de testsnoeren. Wanneer de tang wordt aangesloten op de zender, kan de zender het
signaal opwekken naar de spanningvoerende of spanningsloze draad door de isolatie.
Standaard toepassingen van de signaalklem omvatten het zoeken van leidingen of afschermingen die
geaard zijn aan beide uiteinden. Voor signaalkabels en spanningsloze draden of ladingen, moet u het
circuit tijdelijk aarden aan beide uiteinden om het zoeken uit te voeren.
De signaalklem aansluiten
1. Sluit de testsnoeren van de CT-400-EUR aan op de aansluitingen van de zender (polariteit heeft
geen belang).
2. Klem de CT-400-EUR voedingsstroomtang rond de geleider. Om het signaal sterker te maken,
draait u de geleiderdraad indien mogelijk enkele keren rond de klem.
Instelling van de AT-6010-TE-zender:
1. Druk op de AAN/UIT-toets om de zender in te schakelen.
De rode LED-indicator van de spanningsstatus moet uit zijn
wanneer de klem wordt aangesloten.
2. Druk kort op de AAN/UIT-knop om de lusmodus te selecteren
op de zender (LUS rode LED zal AAN zijn). De klemmodus
genereert een versterkt 6 kHz-signaal om superieure
zoekresultaten te leveren. Het scherm op de zender moet
verschijnen zoals in afbeelding 4.12b.
Afbeelding 4.12a: De klem aansluiten
20
Afbeelding 4.12b: Zenderindicator
met signaal in lusmodus