_CAM50.book Seite 85 Montag, 7. Mai 2012 3:12 15
PerfectView CAM50
Instructies voor het instellen vindt u in de betreffende gebruiks-
aanwijzing.
Neem bij de montage de volgende instructies in acht:
Bevestig de in het voertuig te monteren delen van de camera zodanig, dat
deze in geen geval (hard remmen, verkeersongeval) los kunnen raken en
tot verwondingen bij de inzittenden van het voertuig kunnen leiden.
Bevestig onderdelen, die afgedekt onder bekledingen moeten worden
aangebracht, zodanig dat ze niet losraken of andere onderdelen en
leidingen beschadigen en geen functies van het voertuig (besturing,
pedalen etc.) kunnen beperken.
Let er bij het boren op dat er ook achter het te doorboren oppervlak
genoeg ruimte is voor de boor, zo kunt u schade voorkomen (afb. 2,
pag. 3).
Ontbraam elk boorgat en behandel de boorgaten met antiroestmiddel.
Neem altijd de veiligheidsinstructies van de fabrikant van het voertuig
in acht.
Een paar werkzaamheden (b. v. aan beveiligingssystemen zoals
AIRBAG etc.) mogen alleen door geschoolde vaklui uitgevoerd worden.
Neem bij werkzaamheden aan elektrische onderdelen de volgende
instructies in acht:
Gebruik voor het controleren van de spanning in elektrische leidingen alleen
een diodetestlamp (afb. 1 8, pagina 2) of een voltmeter (afb. 1 9,
pagina 2).
Testlampen met een gangbare lamp (afb. 1 12, pagina 2) gebruiken te
veel stroom, hierdoor kan de elektronica in het voertuig worden bescha-
digd.
Let er bij het leggen van de elektrische aansluitingen op dat deze
– niet worden geknikt of verdraaid,
– niet langs randen schuren,
– niet zonder bescherming door doorvoeren met scherpe randen
worden gelegd (afb. 3, pag. 3).
Isoleer alle verbindingen en aansluitingen.
Borg de kabels tegen mechanische belasting met kabelbinders of iso-
latieband, b. v. aan de aanwezige leidingen.
NL
Veiligheids- en montage-instructies
85