nld
2. Inbedrijfstelling
Verwijder de schroef aan het batterijvak (17) van het handapparaat (5) (alleen
bij REMS CamScope). Schuif het deksel in de richting van de pijl en neem het
weg. Neem de batterijhouder uit het apparaat en leg er 4 batterijen 1,5 V, AA,
LR6 in – let hierbij op de juiste polariteit. Schuif de batterijhouder weer in het
batterijvak. Breng het deksel aan en draai de schroef weer in (alleen bij REMS
CamScope). Bij vervanging van de batterijen dienen altijd alle 4 de batterijen
te worden vervangen.
De controllereenheid beschikt over een geïntegreerde Li-ionaccu. Neem de
netspanning in acht! Laad vóór de inbedrijfstelling de accu van de control-
lereenheid op. Sluit hiervoor de spanningsbron/lader Li-ion op de laad-/netbus
(16) van de controllereenheid aan en steek de stekker in een geschikte contact-
doos. De laadtijd van de accu bedraagt ca. 3 uur. Een volle lading volstaat voor
een bedrijf van ca. 2 uur, afhankelijk van het gebruik. De controllereenheid kan
ook via de aangesloten spanningsbron/lader worden gevoed.
Schuif de controllereenheid (7) bovenaan op het handapparaat (5), tot hij
vastklikt. Bij het aanbrengen of vervangen van de camerakabelset (2) dient u
erop te letten dat de pen aan de kabelstekker (3) in de sleuf van de kabelbus
aan het handapparaat (5) wordt geschoven. Draai de gekartelde moer aan.
De controllereenheid kan zowel draadloos als direct aan het handapparaat
worden bediend. Als de controllereenheid (7) op het handapparaat (5) wordt
bevestigd, gebeurt de signaaloverdracht via de contactpennen aan de control-
lereenheid en het handapparaat. Zodra de controllereenheid van het handap-
paraat wordt afgenomen, gebeurt de overdracht draadloos. Bij het draadloze
bedrijf dient erop te worden gelet dat de controllereenheid van de REMS
CamScope op kanaal CH 4 is ingesteld. Dit wordt in de linkerbovenhoek van
het display aangegeven. Als deze instelling afwijkt, kan hij op CH 4 worden
ingesteld, door de omlaag-knop (12) (meermaals) in te drukken. Bij de REMS
CamScope S hoeft handmatig geen kanaal te worden ingesteld.
De bijgeleverde toebehorenset 16-1 is alleen voor de camerakabelset Color
16-1 geschikt. De gereedschappen opzetspiegel, opzethaak en opzetmagneet
kunnen desgewenst op de camerakop worden bevestigd. Hierbij dient de
sluitklep altijd te worden gesloten, anders kan het gereedschap verloren gaan.
De bijgeleverde toebehorenset 9-1 is alleen voor de camerakabelset Color 9-1
geschikt. Schuif eerst de kunststof huls op de draad van het gereedschap
opzetspiegel, opzethaak of opzetmagneet. Hang de haak van het gereedschap
aan de camerakop in het met een pijl gemarkeerde gat van de camerakast.
Richt de kunststof huls zo, dat de draad van het gereedschap in de sleuf van
de kunststof huls past. Schuif de kunststof huls tot de aanslag op de camera.
2.1. Camera-endoscoop inschakelen
Het handapparaat (5) wordt ingeschakeld door aan de aan-uitschakelaar (4)
te draaien. De power-led (6) licht op. Schakel de controllereenheid (7) met de
aan-uitknop (8) in. Houd hiervoor de aan-uitknop ca. 1 s ingedrukt. Door aan
de aan-uitschakelaar (4) te draaien, kan de helderheid van de leds van de
kleurencamera worden veranderd.
2.2. Aanbrengen van de MicroSD-kaart
Steek de MicroSD-kaart in het kaartslot (15). Hierbij moet de pijl op de MicroSD-
kaart in de richting van het display gericht zijn. Bij het indrukken klikt de kaart
vast. Om de MicroSD-kaart te verwijderen, drukt u er nogmaals op, om hem
verend uit het slot te laten springen.
Om gegevensverlies te vermijden, mag de MicroSD-kaart niet worden verwijderd
tijdens een foto-/video-opname. De kaart zou hierdoor bovendien beschadigd
kunnen worden.
Er kunnen MicroSD-kaarten tot 32 GB worden gebruikt.
Er bevindt zich een MicroSD-kaart in het apparaat.
De MicroSD-kaart is vol.
Er bevindt zich geen MicroSD-kaart in het apparaat.
2.3. Menu-instellingen van de controllereenheid
De controllereenheid beschikt over een menu, waarin verschillende instellingen
en bewerkingen mogelijk zijn, bijv. taal, beeldsnelheid, formatteren van het
geheugen.
Menu openen en navigeren:
● Bij REMS CamScope de menu-knop (11) gedurende ca. 2 s ingedrukt houden.
● Bij REMS CamScope S de menu-knop (11) indrukken.
● Met de knoppen omhoog/omlaag (10 en 12) het te wijzigen menupunt
selecteren.
● Met de OK-knop (9) de menukeuze bevestigen. .
● Met de menu-knop (11) in het menu terugbladeren, het proces annuleren,
het menu verlaten.
Opbouw van het hoofdmenu
Systeeminstellingen:
Bij selectie van de systeeminstellingen verschijnt een nieuw menu:
● Taal: om de menutaal in te stellen.
Duits, Engels, Vereenvoudigd Chinees, Frans, Spaans, Portugees, Italiaans,
Japans, Nederlands en Russisch.
● Videoformaat: moet naargelang de camerakabelset Color worden gese-
lecteerd (zie technische gegevens).
PAL en NTSC.
● Formatteren: alle gegevens op de MicroSD-kaart verwijderen.
Ja selecteren met de knop omhoog/omlaag (10/12) en bevestigen met de
OK-knop (9).
● Fabrieksinstelling: alle fabrieksinstellingen voor de controllereenheid weer
terugzetten.
Ja selecteren met de knop omhoog/omlaag (10/12) en bevestigen met de
OK-knop (9).
● Versie: de op de controllereenheid geïnstalleerde softwareversie wordt
weergegeven.
Opname-instellingen
Bij selectie van de opname-instellingen verschijnt een nieuw menu:
● Aantal beelden per seconde: fps (beelden per seconde)
Van 10 tot 30 fps in stappen van 5 instelbaar bij REMS CamScope, van 5
tot 30 fps in stappen van 5 instelbaar bij REMS CamScope S.
De instelling van de beeldsnelheid bepaalt de kwaliteit van de video. Hoe
meer beelden per seconde worden opgenomen, hoe beter en vloeiender de
weergave is. Maar bij een hogere beeldsnelheid stijgt ook het geheugen-
verbruik.
● Tijdstempel: datum en tijd op de foto/video weergeven.
In veel gevallen is het zinvol datum en tijdstip van een opname te registreren.
Dit dient voor de eigen documentatie en voor de latere verwerking van de
foto's en video's. Bij een later bekijken op de computer is bij een ingescha-
kelde tijdstempel de datum en tijd van de opname zichtbaar.
● Opnamemethode (alleen REMS CamScope): instelling voor het selecteren
van foto- of video-opname.
Datum/tijd:
Opdat de tijdstempel op de video en foto de correcte tijd en datum zou weer-
geven, dient vooraf de datum en tijd te worden ingesteld. De datum dient in de
volgorde jaar/maand/dag, de tijd in de volgorde uren/minuten te worden inge-
voerd.
Met de OK-knop (9) wordt naar de volgende instelwaarde gegaan. De waarde
wordt met de knoppen omhoog/omlaag (10/12) ingesteld. Met een druk op de
menu-knop (11) wordt het menu verlaten en worden de gewijzigde datum en
tijd toegepast.
Weergave:
Selecteer dit menu, om de weergave op de monitor te starten (zie 3.5.).
2.4. Aansluiting op een computer
Zodra de controllereenheid via de bijgeleverde USB-kabel met een computer
wordt verbonden, wordt hij als verwisselbaar medium geconfigureerd. Bij REMS
CamScope S moet na het insteken van de USB-kabel de controllereenheid
met de aan-uitknop (8) worden ingeschakeld. Er verschijnt een overeenkomstig
symbool op de computer. De hardware-installatie kan, afhankelijk van het
besturingssysteem en de computersnelheid, enkele minuten duren. Minimale
systeemvereisten voor de computer: MS Windows 2000 met Media Player of
recenter. Als het apparaat op de computer geconfigureerd is, kunt u heel
eenvoudig, net zoals bij een harde schijf, video's en foto's kopiëren en verwij-
deren.
Om gegevensverlies te vermijden, mag de MicroSD-kaart niet worden verwijderd
tijdens het overdragen van foto's/video's. De kaart zou hierdoor bovendien
beschadigd kunnen worden.
2.5. Video-uitgang gebruiken
Voor het overdragen van het analoge beeldsignaal naar een geschikt afspeel-
apparaat, bijv. televisie, beamer. Om de videokabel aan te sluiten, dienen de
controllereenheid en het afspeelapparaat te worden uitgeschakeld. De bijge-
leverde videokabel dient op de video-uitgang (14) van de controllereenheid en
op de geschikte ingangen van het afspeelapparaat te worden aangesloten.
Neem de handleiding van het afspeelapparaat in acht. Schakel beide apparaten
in. Het display van de controller is uit en het beeld wordt op het afspeelapparaat
weergegeven.
3. Bedrijf
3.1. Camera-endoscoop
Na het inschakelen van de camera-endoscoop (zie 2.1.) wordt het beeld van
de camera op het display weergegeven.
LET OP
De camerakabel mag niet worden geknikt. De minimaal toelaatbare binnenstraal
van alle camerakabels bedraagt 11 cm. Neem deze in acht!
3.2. Controllereenheid
De controllereenheid kan als videorecorder worden gebruikt. Er kunnen foto's
en video's op de MicroSD-kaart worden opgeslagen. Bij REMS CamScope S
kunnen video's met spraakopname op de MicroSD-kaart worden opgeslagen.
3.3. Een foto maken
REMS CamScope: Stel met de omhoog-knop (10) de fotomodus in. Er verschijnt
een symbool van een fotoapparaat onder de accu-indicator. Met een druk op
de OK-knop (9) wordt de foto op de MicroSD-kaart opgeslagen.
REMS CamScope S: Met een druk op de knop foto-opname (25) wordt de foto
op de MicroSD-kaart opgeslagen.
3.4. Een video maken
REMS CamScope: Stel met de omhoog-knop (10) de filmmodus in. Er verschijnt
een symbool van een filmcamera onder de accu-indicator. Met een druk op de
nld