12.4 Bovenstuk duwstang
Onderhoudsinterval:
voor elk gebruik
Het bovenstuk van de duwstang
controleren op beschadiging – deze is
voorzien van een isolatielaag. Bij
beschadiging van deze isolatielaag de
grasmaaier niet in gebruik nemen en moet
het bovenstuk van de duwstang
vervangen worden.
12.5 Maaimes onderhouden
Onderhoudsinterval:
vóór elk gebruik
Kans op letsel!
Messen slijten sterk verschillend,
afhankelijk van de plaats van
gebruik en inzetduur. Als u het
apparaat op een zandige
ondergrond of dikwijls in droge
omstandigheden inzet, is dit
zwaarder voor het mes en verslijt
het sneller dan gemiddeld. Een
versleten mes kan afbreken en
zware letsels veroorzaken. De
instructies voor het mesonderhoud
moeten dus steeds in acht worden
genomen.
● Klap de grasmaaier omhoog in de
reinigingspositie. (
12.2)
● Mes (1) reinigen.
● Mesdikte A op meerdere plaatsen
met een schuifmaat nameten. Met
name ook bij de mesvleugels nameten.
A > 2 mm
● Leg een liniaal (2) tegen de voorste
mesrand en meet de terugslijp B.
B < 5 mm
0478 121 9910 A - NL
Het mes moet worden vervangen,
– als het beschadigd is (kerven,
scheuren),
– als de meetwaarden op één of
meerdere punten worden bereikt of
buiten de toegestane grenzen liggen.
Als het als accessoire verkrijgbare
multimes op de grasmaaier gemonteerd is,
gelden er andere slijtagegrenzen (zie
gebruiksaanwijzing van het accessoire).
12.6 Maaimes uit- en inbouwen
Demontage:
19
● geschikt houten blok (1, ca.
60x60mm) voor het
tegenhouden van het mes (2)
gebruiken.
● Mesbout (3) met een moersleutel
SW 24 eruit schroeven.
● Mes (2) wegnemen.
Montage:
Kans op letsel!
Het mes (2) mag alleen zoals
afgebeeld worden gemonteerd. De
omhoog gebogen mesvleugels
moeten naar boven wijzen.
Het voorgeschreven
aandraaimoment van de mesbout
precies aanhouden, omdat een
veilige bevestiging van het
snijgereedschap daarvan afhangt.
Mesbout (3) extra met Loctite 243
borgen.
De mesbout (3) moet bij elke
mesvervanging worden vernieuwd.
● Montagevlak en bus van het mes
reinigen.
● Balans van mes controleren. (
● Mes (2) met de omhoog gebogen
vleugels naar boven (richting apparaat)
monteren.
● Geschikt houten blok (1, ca. 60x60mm)
voor het tegenhouden van het mes (2)
gebruiken.
● Mesbout (3) indraaien en vastzetten.
Aandraaimoment:
15 - 20 Nm
12.7 Balans van mes controleren
20
● Demonteer het mes. (
21
● Leid een schroevendraaier (1)
door de middelste boring (2) van het
mes (3) en lijn het mes horizontaal.
Als het mes goed in balans is, blijft het
horizontaal staan.
● Als het mes naar één kant overhelt,
slijpt u deze kant bij totdat het mes weer
in balans is. (
12.8)
12.8 Maaimes slijpen
STIHL raadt aan om het maaimes door
een vakman te laten slijpen. Bij een onjuist
geslepen mes (onjuiste slijphoek,
onbalans enz.) komt de goede werking
van het apparaat in het gedrang.
Aanwijzingen voor het slijpen:
● Demonteer het maaimes. (
● Koel het maaimes tijdens het slijpen,
bijvoorbeeld met water. Het mes mag
niet blauw worden, omdat anders de
snijresultaten minder worden.
● Slijp het mes gelijkmatig om trillingen
door onbalans te voorkomen.
● Slijp met een hoek van 30°.
12.7)
22
12.6)
12.6)
85