● Verwijder eventueel na het slijpen
bramen op het lemmet met fijnkorrelig
schuurpapier.
12.9 Kabel wielaandrijving
afstellen (RME 545 V)
Onderhoudsinterval:
indien nodig
De spanning van de kabel is af fabriek
goed afgesteld.
De kabel moet worden bijgesteld,
– wanneer na langer gebruik de
wielaandrijving bij geactiveerde beugel
van de wielaandrijving zich niet goed
inschakelt.
– wanneer de wielaandrijving permanent
ingeschakeld is. – Dit betekent dat de
grasmaaier zich ongewild in beweging
zet bij het inschakelen van het
apparaat, hoewel de beugel van de
wielaandrijving niet geactiveerd is.
Kans op letsel!
De kabel wielaandrijving moet goed
ingesteld zijn wanneer met het
apparaat wordt gewerkt. Neem
indien nodig contact met een
vakhandelaar. STIHL beveelt
hiervoor de STIHL vakhandelaar
aan.
Spanning van de kabel controleren:
● zet de elektromotor af en trek de
stekker eruit.
● Beugel wielaandrijving activeren en
grasmaaier gelijktijdig naar achteren
trekken.
Vanaf ongeveer eenderde van de
hendelbeweging moeten de
aandrijfwielen blokkeren.
86
Kabel afstellen:
● door draaien van de verstelbout (1)
links op het bovenstuk duwstang in de
richting "+" wordt de kabel verder
gespannen, door draaien in de "–"
wordt deze ontspannen.
23
12.10 Opslag (winterpauze)
Apparaat in een droge, afgesloten en
stofvrije ruimte opslaan. Bewaar het
apparaat altijd buiten het bereik van
kinderen.
De grasmaaier mag alleen in goede staat
worden opgeslagen, zo nodig duwstang
omklappen.
Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en
schroeven vast zijn aangedraaid,
vernieuw onleesbaar geworden
waarschuwingsaanwijzingen op het
apparaat, controleer het gehele apparaat
op slijtage of beschadigingen. Vervang
versleten of beschadigde onderdelen.
Eventuele storingen aan het apparaat
moeten in de regel voor het opbergen
worden verholpen.
Neem bij een langere stilstand van de
grasmaaier (winterpauze) de volgende
punten in acht:
● Maak alle onderdelen aan de
buitenkant van het apparaat zorgvuldig
schoon.
● Smeer alle bewegende delen goed met
olie of vet.
13. Transport
13.1 Transport
Kans op letsel!
Lees vóór het transport het
hoofdstuk "Voor uw veiligheid" en
volg de instructies op. (
Draag bij transport steeds
geschikte beschermkleding
(veiligheidsschoenen,
werkhandschoenen).
Voor het optillen resp.
transporteren steeds de
elektrokabel lostrekken.
Apparaat dragen:
● apparaat uitsluitend aan de
handgreep (1) en aan de
duwstang (2) optillen. Houd altijd
voldoende afstand tot het maaimes,
met name wat betreft de voeten en
benen.
Apparaat vastsjorren:
● apparaat met geschikte
bevestigingsmaterialen op het
laadoppervlak vastzetten en uitsluitend
op de 4 wielen staande transporteren.
● Maak de kabels of gordels aan het
bovenstuk behuizing (3) vast.
0478 121 9910 A - NL
4.)
24
25