N.B.:
1. Voor de frequentiemetingen moet de spanning van het ingangssignaal tussen 1 Veff en 20
Veff liggen.
2. Voor metingen van de uitvoeringscyclus moet de spanning van het ingangssignaal liggen
tussen 3 V (piek tot piek) en 10 V (piek tot piek).
Als de frequentie van het ingangssignaal te laag is, zal de meting minder stabiel zijn.
3. Voor metingen van de frequentie of de uitvoeringscyclus kan, als de spanning hoger is dan de
aangegeven waarden, de meting zich buiten de aangegeven precisiegroep bevinden.
Automatische uitschakeling
Het beeldscherm wordt wit en de multimeter gaat over op de stand-by modus als u niet aan de
keuzeschakelaar draait of als u gedurende ca. 15 minuten geen enkele toets heeft aangeraakt.
Om de stand-by modus te verlaten, hoeft u alleen maar op een toets te drukken.
Om de automatische uitschakelingsfunctie uit te schakelen, houdt u een toets ingedrukt en draait
u tegelijkertijd de keuzeschakelaar van de stand " OFF " op een andere stand.
SERVICEONDERHOUD
Let op
tenzij u hiertoe bevoegd bent en de toepasbare ijking en prestatiestests kent en over de gids voor
Algemeen serviceonderhoud
Maak het kastje regelmatig schoon met een vochtige doek en een zacht reinigingsmiddel.
Stof of vocht in de klemmen kan het meten verstoren. Maak de klemmen als volgt schoon:
1. Zet de keuzeschakelaar voor de groep op OFF en maak de testdraden los van het apparaat.
2. Verwijder het eventueel in de klemmen aanwezige stof.
3. Drenk een wattenstaafje in alcohol.
4. Strijk met het wattenstaafje rond de klemmen.
Vervanging van de batterij en de zekeringen
Let op
Om een verkeerd afleesresultaat te voorkomen dat tot elektrische schokken of letsel
zou kunnen leiden, moet de batterij vervangen worden zodra de icoon van een bijna
lege accu ("
") verschijnt.
Om letsel of beschadiging aan de multimeter te voorkomen, moet u uitsluitend
reservezekeringen gebruiken waarvan de stroomsterkte, de spanning en de
uitschakelverhouding aangegeven zijn.
Maak de testdraden los voordat u het achterste deksel of het deksel van het
batterijvakje opent.
Voor het vervangen van de batterij verwijdert u de schroeven van het deksel van het batterijvakje
en het deksel en vervangt u de lege batterij door een nieuwe batterij van hetzelfde type (9 V,
6F22 of gelijkwaardig). Plaats het deksel van het batterijvakje terug en schroef dit weer vast.
De multimeter heeft twee zekeringen:
Zekering 1:
F 400 mA/690 V, min. uitschakelverhouding 20000 A, Ø10X38 mm
F 10 A/690 V, min. uitschakelverhouding 20000 A, Ø10X38 mm
Zekering 2:
Voor het vervangen van de zekeringen verwijdert u de schroeven van het achterste deksel en het
deksel en vervangt u de kapotte zekering door een nieuwe zekering van hetzelfde type. Zet het
achterste deksel terug en schroef het vast.
45