5.7.1
-
-
-
-
-
5.7.2
-
-
5.7.1 Indstilling af bremseef-
fekten
-
Hvis bremseeffekten ikke aktive-
hen mod styret, skal bremsekablet
strammes. For at stramme kablet
skal du løsne låseringen og dreje
indstillingsskruen mod uret. Fastgør
indstillingsskruen i den nye stilling
ved at stramme låseringen mod
bremsegrebet.
Hvis baghjulene ikke snurrer frit,
når bremsehåndtaget er i den de-
aktiverede stilling, er der for meget
bremseeffekt, og bremsekablet skal
løsnes. For at løsne kablet skal
låseringen løsnes, og indstillings-
skruen skal drejes i urets retning.
Fastgør indstillingsskruen i den nye
stilling ved at stramme låseringen
mod tromlebremsens bagplade.
Fortsæt disse indstillinger, indtil
bremseeffekten er i orden på et
af baghjulene og fungerer korrekt.
5.7.2 Afbalancering af brem-
seeffekten
Før du går videre til dette trin, skal
du sikre, at bremseeffekten er ind-
stillet korrekt som beskrevet under
„5.7.1 Indstilling af bremseeffekten".
99
5.7.1 Afstellen van de rem-
kracht
Als de remkracht niet goed wordt
overgebracht als er aan de
remhendel wordt getrokken, moet
de remkabel strakker gespannen
worden. Om de kabel te spannen,
draait u het moerplaatje los en draait
u de stelmoer tegen de klok in. Borg
de stelmoer in de nieuwe positie
door het moerplaatje vast tegen de
remhendel aan te draaien.
Als de achterwielen niet ongehinderd
kunnen ronddraaien als de rem-
hendel niet is aangetrokken, is de
remkracht te hoog en moet de rem-
kabel iets minder strak gespannen
worden. Om de kabel te ontspan-
nen, draait u het moerplaatje los en
draait u vervolgens de stelmoer met
de klok mee. Borg de stelmoer in de
nieuwe positie door het moerplaatje
vast tegen de achterplaat van de
trommelrem aan te draaien.
Zet deze procedure voort totdat de
juiste remkracht is ingesteld voor
een van de achterwielen en het
systeem correct functioneert.
5.7.2 Uitbalanceren van
de remkracht
Voordat u deze stap uitvoert, dient
u ervoor te zorgen dat de remkracht
juist is afgesteld zoals beschre-
ven onder „5.7.1 Afstellen van de
remkracht".