AHT Cooling Systems GmbH | nl
Communicatie-interface
Het apparaat heeft een communicatie-interface (bus-
verbinding). Het apparaat kan via de communicatie-in-
terface worden aangesloten op een monitoringsys-
teem.
Via de communicatie-interface kunnen meerdere ap-
paraten met elkaar worden verbonden. Afhankelijk van
het apparaattype en de configuratie kan het nodig zijn
om meerdere apparaten met elkaar te verbinden.
OPMERKING!
Materiële schade door foutieve communicatie
tussen de apparaten onderling en met het mo-
nitoringsysteem.
§ Onderbreek nooit een bestaande busverbinding.
Apparaten kunnen worden aangesloten met buskabels
(optioneel accessoire).
8.1
Elektrische aansluiting
De aansluiting op de voeding gebeurt door de exploi-
tant.
Technische gegevens [zie } Hoofdstuk 3.2]
WAARSCHUWING!
Aansluiting van het apparaat op de
voeding.
Contact met spanningvoerende delen kan
elektrische schokken veroorzaken. Brandge-
vaar door vonken of overbelasting.
§ Alleen vakkrachten mogen werkzaamhe-
den aan de elektrische installatie uitvoe-
ren.
§ Zorg dat u voorafgaand aan de aansluiting
op de voeding op de hoogte bent van het
volgende:
- Geldende lokale veiligheidsvoorschriften
voor elektrische installaties.
- Geldende normen en veiligheidsinstruc-
ties.
- Informatie op het typeplaatje
[zie } Hoofdstuk 3.2.1].
§ Sluit geen beschadigd apparaat of be-
schadigde onderdelen (zoals aansluitka-
bels) aan op de voedingsspanning.
§ Alleen vakkrachten mogen beschadigde
onderdelen, zoals aansluitkabels, vervan-
gen.
§ De aansluitkabels mogen niet worden
platgedrukt of geknikt.
§ Houd de minimumvereisten voor aansluit-
kabels aan [zie } Hoofdstuk 3.2].
§ Zorg ervoor dat het apparaat elektrisch
beveiligd is volgens de geldende voor-
schriften en wetten evenals de specifica-
ties van AHT [zie } Hoofdstuk 8.2].
§ Sluit het apparaat alleen aan op een ge-
aarde stroomkring.
376840_1_0920
§ Gebruik geen verlengkabels of verdeeldo-
zen.
§ Beschadig afgedekte elektrische onder-
delen niet. Boor niet in het apparaat en
voer geen andere werkzaamheden aan
het apparaat uit.
OPMERKING!
Materiaalschade en materiële schade als ge-
volg van niet door AHT goedgekeurde afwij-
kingen (spanning, frequentie) in het elektri-
sche netwerk van de exploitant.
§ De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade aan
de elektrische apparatuur van de exploitant en de
daaruit voortvloeiende gevolgschade.
Materiaalschade Door onjuiste elektrische
aansluiting.
§ Pieklastbewakingen of apparaatuitschakelingen
zijn niet toegestaan.
§ Er moet een continue stroomvoorziening zijn.
Apparaataansluiting
Klantspecifieke afwijkingen zijn mogelijk.
Het apparaat wordt aangesloten met behulp van een
netstekker.
Technische gegevens voor interfaces [zie } Hoofd-
stuk 3.2].
De aansluitkabel bevindt zich aan de achterzijde van
het apparaat.
Apparaataansluitkabel
OPMERKING!
Materiële schade door onderbreking van de
voedingsspanning.
De koeling valt uit.
§ Sluit de apparaataansluitkabel niet aan op de voe-
ding voor de winkelverlichting.
Aan het einde van de aansluitkabel bevindt
zich een etiket met een sneeuwvlok.
De apparaataansluitkabel wordt gebruikt om het koel-
systeem van stroom te voorzien.
Lichtaansluitkabel
Aan het einde van de aansluitkabel bevindt
zich een etiket met een lampsymbool.
De lichtaansluitkabel biedt de mogelijkheid om de ap-
paraatverlichting tegelijk met de winkelverlichting in en
uit te schakelen (energiebesparing).
8.2
Elektrische beveiliging
Elke elektrische aansluiting moet voldoende elektrisch
beveiligd zijn.
Technische gegevens [zie } Hoofdstuk 3.2]
Opstelling en installatie | 8
449 / 788