30 | Nederlands
Afgebeelde componenten
De componenten zijn genummerd zoals op de afbeelding van
het meetgereedschap op de pagina met afbeeldingen.
1 Verlichte ring
2 Markeringsopening
3 Display
4 Aan/uit-toets
5 Glijders
6 Sensorgedeelte
7 Typeplaatje
8 Deksel van batterijvak
9 Vergrendeling van het batterijvakdeksel
10 Opname draagriem
11 Draagriem
12 Beschermetui*
* Niet elk afgebeeld en beschreven toebehoren wordt standaard
meegeleverd.
Indicatie-elementen (afbeelding A)
a Indicatie voor uitgeschakeld geluidssignaal
b Indicatie van waarschuwingsfunctie
c Indicatie van voorwerptype „niet-magnetisch metaal"
d Indicatie van voorwerptype „magnetisch metaal"
e Indicatie van voorwerptype „spanningvoerende leiding"
f Indicatie temperatuurbewaking
g Batterij-indicatie
h Hoofdschaalverdeling
i Fijne schaalverdeling
Technische gegevens
Digitale detector
Zaaknummer
Max. detectiediepte*
– Ijzer
– Non-ferrometaal (koper)
– Stroomvoerende leidingen
110–230 V (bij aangesloten
spanning)**
Automatische uitschakeling na ca.
Bedrijfstemperatuur
Bewaartemperatuur
Relatieve luchtvochtigheid max.
Batterij
Gebruiksduur ca.
Isolatiesoort (behalve batterijdeksel)
Gewicht volgens
EPTA-Procedure 01/2003
Afmetingen (lengte x breedte x hoogte) 200 x 86 x 32 mm
*afhankelijk van de functie, het materiaal en de grootte van de voorwer-
pen en van het materiaal en de toestand van de ondergrond
**kleinere detectiediepte bij niet-spanningvoerende leidingen
Het meetresultaat kan onnauwkeurig zijn als de ondergrond
ongunstig is.
Let op het zaaknummer op het typeplaatje van het meetgereedschap.
De handelsbenamingen van afzonderlijke meetgereedschappen kunnen
afwijken.
1 609 929 Y44 | (28.4.11)
Conformiteitsverklaring
Wij verklaren als alleen verantwoordelijke dat het onder
„Technische gegevens" beschreven product voldoet aan de
volgende normen en normatieve documenten:
EN 61010-1:2010-10, EN 61326-1:2006-05,
EN 301489-3:2002-08, EN 301489-1:2008-04,
EN 300330-1:2010-02, EN 300330-2:2010-02 volgens de
bepalingen van de richtlijnen 2004/108/EG, 1999/5/EG.
Dr. Egbert Schneider
Senior Vice President
Engineering
Robert Bosch GmbH, Power Tools Division
D-70745 Leinfelden-Echterdingen
Leinfelden, 23.03.2011
Montage
Batterij inzetten of vervangen
Voor het gebruik van het meetgereedschap worden alkali-
mangaanbatterijen geadviseerd.
Als u het batterijvakdeksel 8 wilt openen, drukt u op de ver-
grendeling 9 in de richting van de pijl en klapt u het batterij-
vakdeksel omhoog. Plaats de meegeleverde batterij. Let daar-
bij op de juiste poolaansluitingen zoals aangegeven op de
binnenzijde van het batterijvak.
De batterij-indicatie g geeft altijd de actuele status van de bat-
GMS 100 M
terij aan:
Professional
–
3 601 K81 100
–
–
100 mm
–
80 mm
50 mm
5 min
Gebruik
–10 °C...+45 °C
–20 °C...+70 °C
80 %
1 x 9 V 6LR61
5 h
IP 54 (stof- en spat-
waterbescherming)
260 g
Batterij is volledig opgeladen
Batterij heeft twee derde van de capaciteit of minder
Batterij heeft een derde van de capaciteit of minder
Batterij vervangen
Neem de batterij uit het meetgereedschap als u het ge-
durende lange tijd niet gebruikt. De batterij kan, als deze
lang wordt bewaard, roesten of zijn lading verliezen.
Bescherm het meetgereedschap tegen vocht en fel
zonlicht.
Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme tem-
peraturen of temperatuurschommelingen. Laat het bij
grote temperatuurschommelingen eerst op de juiste
temperatuur komen voordat u het inschakelt. Bij extre-
me temperaturen of temperatuurschommelingen kan de
nauwkeurigheid van het meetgereedschap en de weergave
in het display nadelig worden beïnvloed.
Het gebruik of de activiteit van zendinstallaties zoals
WLAN, UMTS, vluchtradar, zendmasten of microgolven
in de nabije omgeving kan de meetfunctie beïnvloeden.
Dr. Eckerhard Strötgen
Head of Product
Certification
Bosch Power Tools