8
ELEKTRISCH GEDEELTE
Omdat de airconditioner heen netsnoer heeft.
OPMERKING :
Meer informatie over de te gebruiken bekabeling vindt u in de
installatiehandleiding van de buitenunit.
OPGELET
• Door foutieve of onvolledige bekabeling kan brand of
rook ontstaan.
• Sluit de airconditioner altijd aan op een schone groep.
• Gebruik altijd de meegeleverde snoerklemmen.
• Beschadig de aders of de isolatiemantel niet bij het
strippen van de voedings- en besturingsdraad.
• Gebruik voor de bekabeling tussen de buitenunit en de
binnenunit kabels die voldoen aan de lokale voorschriften
(kabelsoort en aansluitmethode, enz.)
• Gebruik een netsnoer en verbindingskabel met de
voorgeschreven diameter, van het voorgeschreven type
en de voorgeschreven beveiligingen.
Aansluitmethode
1. Sluit de verbindingsdraad aan op de aansluiting met het
corresponderende nummer van de aansluitingenblokken
van de binnen- en buitenunit.
H07RN-F of 245IEC66 (minimaal 1,5 mm
2. Isoleer de niet gebruikte aders met elektrisch isolatietape.
Werk ze zodanig af dat ze niet in contact kunnen komen
met spanningvoerende of metalen onderdelen.
3. Gebruik voor de bekabeling tussen de apparaten geen
aftakking van een bestaande kabel.
Striplengte verbindingskabel
40
OPMERKING :
Gebruik alleen snoerdraad.
• Draadtype : Meer dan 1,5 mm
1,3 mm
2
(AWG-16)
2
)
50
Aardingsdraad
2
(H07RN-F of 245IEC66) of
OPMERKING :
Verbind de massadraad met het metalen onderdeel
(merkteken ) naast de 3-polige aansluiting.
Verbindingsbekabeling tussen units
1. Sluit de verbindingskabels tussen de binnen- en buitenunit
correct aan. Fouten kunnen leiden tot storingen in het
systeem.
2. Sluit de besturingskabels tussen de binnen- en buitenunit
aan op de manier zoals is weergegeven in onderstaande
afbeelding:
Aansluitingen
Schroeven
1. Verwijder het klemmendeksel en de snoerklem.
2. Steek de verbindingskabel (volgens de lokale snoeren) in
het leidinggat in de muur.
3. Steek de verbindingskabel volledig in het klemmenblok en
maak hem stevig vast met schroeven.
Vastzetmoment: 1,2 N•m (0,12 kgf•m)
4. Bevestig de verbindingskabel met behulp van de klem en
twee schroeven.
5. Bevestig het terminaldeksel.
136
Klemmendeksel
Snoerklem
Massaklem