10. STORINGEN
De motor wil niet starten :
Oorzaak
Te weinig brandstof
De brandstofinjectiepomp en de verstuiver Verwijder de brandstofinjectiepomp
laten geen of niet genoeg brandstof door. en de verstuiver en maak ze schoon.
De startknop staat niet op de
positie START.
Controleer het oliepeil.
De batterij geeft niet voldoende
stroom.
Als er geen elektriciteit wordt opgewekt :
Oorzaak
De hoofdschakelaar staat niet op « ON ». Draai de schakelaar op « ON ».
De koolstofborstels zijn versleten.
De wandcontactdoos is defect.
De nominale snelheid kan niet worden
bereikt.
De AVR is beschadigd.
Oplossing
Brandstof bijvullen
Zet de startknop op positie START.
Het oliepeil moet zich bevinden
tussen het min.en max. niveau.
Opladen of vervangen door een
nieuwe.
Oplossing
Vervangen.
Controleren en repareren.
Instellen volgens de aanwijzingen.
Vervangen.
13