Overspanning!
Beschadiging van onderdelen en defect van het apparaat.
Op de klemmen 3 + 4 en op de sonde-ingangsklemmen 1 + 2 mag geen 230 V AC
aangesloten worden!
INBEDRIJFSTELLING
Bedienelementen en display
Het apparaat wordt eenmalig ingesteld tijdens de inbedrijfstelling. Na de inbedrijfstelling werkt
het apparaat in de indicatiemodus met gesloten deksel. De indicatie gebeurt op een LCD-
display met 2 x 16 tekens. Het display heeft een blauwe achtergrondverlichting voor een
goede leesbaarheid bij alle lichtverhoudingen.
Netspanning activeren:
Afstand tot de 230V-klemmen in acht nemen!
®
SmartBox
1/2/3 geeft de volgende indicatie:
Vloeistof
-10.100L
Nadat de montage is afgesloten volgt de inbedrijfstelling van de indicator.Vóór begin van de
programmering de gegevens van de tank opnemen en de waarden in de rechtse kolom
Ingegeven waarde van de tabel noteren en vervolgens bij de afzonderlijke stappen van de
programmering ingeven.
Instellen van een
parameter:
De instelmodus
verlaten:
artikelnr. 28 100 59 e
37.400L
75%
Met [ENTER] de instelmodus oproepen.
Met [PLUS] de gewenste in te stellen parameter kiezen.
Met [ENTER] de gekozen waarde voor de parameter oproepen.
Met [PLUS] / [MINUS] de waarde instellen en met [ENTER] in het
geheugen opslaan.
De instelmodus kan op ieder moment worden verlaten.
Daartoe stap "8. Exit/Sortie" kiezen en [ENTER] drukken
voert terug naar de normale indicatiemodus.
®
SmartBox
1 / SmartBox
De instelling van het apparaat gebeurt met
de drie kleine blauwe toetsen:
In menustap 18. Taal+naam kan een taal
(Duits, Engels, Francais) geselecteerd
worden.
®
2 / SmartBox
Deze bevinden zich op
het moederbord tussen
de aansluitklemmen.
®
3
7 / 20