4.3
Aansluiting van de voedingsspanningskabel
Pas op – beschadiging van onderdelen!
Als de voedingsspanningskabel bij ingeschakelde voedingsspanning wordt aangesloten, kan
een kortsluiting optreden of de meetomvormer worden beschadigd.
Om deze reden mag de voedingsspanningskabel alleen worden aangesloten wanneer geen
spanning aanwezig is!
Afb. 4: Aansluitcompartiment van sensor- en voedingsspanning van het TTF350 veldapparaat
1 ... 6 Sensoraansluiting
7 ... 9 Aansluiting signaal /
1. Voer de voedingsspanningskabel door een kabelwartel in de behuizing van de
meetomvormer. Vervolgens de kabelwartel weer vasttrekken.
2. De twee aders van isolatie ontdoen en van tule voorzien.
3. De klemschroeven van de aansluitingen "+" en "–" met een passende schroevendraaier
losdraaien. Daarbij erop letten dat geen schroeven eruit vallen.
4. De "+" ader op de "+" aansluiting van de meetomvormer aansluiten.
5. De "-" ader op de "-" aansluiting van de meetomvormer aansluiten.
De aansluiting van het leidingsscherm is optioneel.
CI/TTF350-X1
3
2
1
7
voedingsspanning
11 ... 42 VDC / 4 ... 20 mA
11 ... 30 VDC / 4 ... 20 mA (Ex)
7 Scherm
8 Minus
9 Plus
TTF350
Elektrische aansluiting
4
5
6
7
8
9
A00187
NL - 13