Brandstof Bijvullen - Briggs & Stratton Vanguard 540000 Instrucciones De Mantenimiento & Operación

Ocultar thumbs Ver también para Vanguard 540000:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 21
OLIE CONTROLEREN EN BIJVULLEN
Fig. 3
• Controleer het oliepeil voordat de motor gestart wordt.
• Controleer het oliepeil dagelijks, of na elke acht (8) uur Ê.
• Houd het oliepeil op "FULL" (=vol) Ë.
• Niet overvullen.
Olie vullen procedure:
1.
Voeg eerst 2 liter toe.
2.
Start de motor en laat deze 30 seconden stationair draaien. Zie Start
Instructies.
3.
Zet de motor uit en wacht 30 seconden.
4.
Voeg dan langzaam olie toe om het niveau tot de FULL" (=vol)
markering op de peilstok te brengen.
Olie controle procedure:
1.
Plaats de motor waterpas. Reinig rond de olie vulopening en
peilstok Ì.
2.
Verwijder de peilstok en veeg deze af met een schone doek.
3.
Druk de peilstok dan weer op zijn plaats en verwijder deze om het
oliepeil te controleren. Het oliepeil moet tot de FULL" (=vol) lijn op
de peilstok zijn Ë.
4.
Indien olie nodig is, langzaam bijvullen.
5.
Vullen tot de FULL" (=vol) lijn op de peilstok - controleer opnieuw.
6.
Breng de peilstok weer stevig op zijn plaats.
BRANDSTOF AANBEVELINGEN
Gebruik schone, verse, normale ongelode benzine met een minimum
octaangetal van 85. Verse benzine voorkomt het vormen van gom in het
brandstofsysteem of op essentiële carburateuronderdelen. Schaf de
benzine aan met hoeveelheden die binnen 30 dagen worden
opgebruikt.
Gebruik geen benzine die Methanol bevat.
Geen olie door de benzine mengen.
Gebruik Briggs & Stratton Benzinetoevoeging, verkrijgbaar bij uw
Geautoriseerde Briggs & Stratton Dealer ter bescherming van de
motor (Onderdeelnr. 999005) of enkele verpakking (Onderdeelnr.
992030).
Deze motor is gecertificeerd om op benzine te werken. Exhaust
Emission Control System (Uitlaatemissie Beheersing Systeem): EM
(Engine Modifications).
OPGEPAST:
Sommige brandstoffen, met zuurstof verbonden- of opnieuw
geformuleerde benzines genoemd, zijn benzine gemengd met
alcoholen of ethers. Overmatige hoeveelheden van deze
mengstoffen kunnen het brandstofsysteem beschadigen of
prestatieproblemen veroorzaken. Als er ongewenste
symptomen tijdens bedrijf optreden, gebruik dan een benzine
met een lager percentage alcohol of ether.

BRANDSTOF BIJVULLEN

1.
Verwijder de dop. Vul de tank tot
WAARSCHUWING
ongeveer 4 cm onder de bovenkant
van de vulopening om de brandstof te
kunnen
laten
voorzichtig niet te overvullen.
2.
Breng voor het starten de dop weer
aan.
STARTEN & STOPPEN
WAARSCHUWING
OLIEDRUKSCHAKELAAR
Indien de motor is uitgerust met een oliedrukschakelaar, dan zal de
schakelaar ofwel een waarschuwingslampje activeren, of de motor
stoppen indien deze met te weinig olie draait. (Lees de
gebruiksaanwijzing die door de machinefabrikant is meegeleverd om te
bepalen met welke voorziening uw motor is uitgerust.)
Zie OLIEDRUK in de ONDERHOUD SECTIE voor olie vulinstructies.
STARTEN IN KOUD WEER:
♦ Gebruik het juiste type olie voor de verwachte
starttemperatuur. Zie Olie.
♦ Gebruik verse benzine die vluchtiger is om het starten te
verbeteren.
♦ Verwijder externe machine/motorbelastingen. (Raadpleeg
de bedieningsinstructies van de machine.)
♦ Draai de brandstofkraan open, indien hiermee uitgerust,
voordat u de motor start.
♦ Laat de motor verscheidene seconden tot enige minuten
opwarmen, afhankelijk van de buitentemperatuur.
♦ Open geleidelijk de choke.
♦ Gebruik voor optimale prestaties en levensduur de motor
met de choke OPEN en de toerentalbediening in FAST"
.
(=volgas)
DE MOTOR STARTEN
Fig. 4
1.
Open de brandstofkraan Ê, indien hiermee uitgerust.
2.
Beweeg de chokebediening naar CHOKE of START Ë.
3.
Beweeg de toerentalbediening (indien hiermee uitgerust) naar
FAST" (=volgas) Ì.
4.
Duw de tuimelschakelaar (indien hiermee uitgerust) naar ON" (=aan)
of RUN" (=draaien) Í.
5.
Steek de sleutel in het contactslot en draai deze naar START Î.
OPGEPAST
Om de levensduur van de startmotor te verlengen, kortstondig
starten (maximaal 5 seconden, wacht vervolgens een minuut).
Volg de instructies van de machinefabrikant voor het laden van de
accu.
6.
Laat de motor opwarmen.
Als de motor is uitgerust met een choke:
Beweeg de choke langzaam richting RUN" (=aan). Wacht voor elke
verstelling van de choke tot de motor soepel draait.
De fabrikant van de machine waarop deze motor is
geïnstalleerd specificeert het maximum toerental waarop
de motor gebruikt zal worden. OVERTREF dit toerental
NIET.
DE MOTOR STOPPEN
Fig. 4
1.
Beweeg de toerentalbediening (indien hiermee uitgerust) naar
SLOW" (=langzaam) Ì
Draai de sleutel naar OFF" (=uit) Î. Verwijder de sleutel en bewaar
2.
deze buiten bereik van kinderen.
3.
Druk de tuimelschakelaar Í (indien hiermee uitgerust) naar OFF"
(=uit) of STOP.
Sluit de brandstofkraan Ê (indien hiermee uitgerust).
4.
MOTOREN GEBRUIKT OP AARDGAS /
VLOEIBAAR PROPAAN (LPG) GAS
uitzetten.
Wees
BRANDSTOF AANBEVELINGEN
Gebruik schone, droge brandstof, vrij van vocht of welk specifiek
materiaal dan ook. Het gebruik van brandstoffen die buiten de
volgende aanbevolen waarden vallen kan prestatieproblemen
veroorzaken.
In motoren die zijn ingericht voor gebruik op LPG, wordt HD5 LPG
aanbevolen. De aanbevolen brandstofsamenstelling is brandstof
met een minimum brandstofenergie van 22250 k-cal/m
maximum propyleeninhoud van 5% en butaan en zwaarder gas
inhoud van 2,5% en minimum propaan inhoud van 90%.
Aardgas of LPG motoren zijn gecertificeerd om gebruikt te worden
op aardgas of vloeibaar propaangas.
De machine waarop de motor is geïnstalleerd is
voorzien van een automatische gas brandstof
afsluiter". Gebruik de machine NIET wanneer de
brandstof afsluiter" ontbreekt of defect is.
BRANDSTOF BIJVULLEN
Lees de gebruiksaanwijzing die door de machinefabrikant is
meegeleverd voor informatie over het bijtanken van een aardgas of
LPG motor.
DE MOTOR STARTEN
Steek de sleutel in het contactslot en draai deze naar START.
DE MOTOR STOPPEN
Draai het contactslot naar OFF" (=uit). Verwijder de sleutel en bewaar
deze buiten bereik van kinderen.
Regelmatig onderhoud zal de prestaties verbeteren en de levensduur
van de motor verlengen. Raadpleeg een Geautoriseerde
Briggs & Stratton Dealer voor service. Gebruik uitsluitend originele
Briggs & Stratton onderdelen. Andere onderdelen kunnen
mogelijk niet zo goed presteren, de motor beschadigen en
resulteren in letsel. Tevens kan het gebruik van andere onderdelen
uw garantie ongeldig doen worden.
MOTOR EN MOTORONDERDELEN
Wij adviseren dat U voor al het onderhoud en alle service aan de motor
en de motoronderdelen een geautoriseerde Briggs & Stratton Service
Dealer raadpleegt. Gebruik uitsluitend originele Briggs & Stratton
onderdelen.
Voer het volgende met de aanbevolen intervallen uit:
WAARSCHUWING
*
**
3
met een
WAARSCHUWING
Vervang olie en filter na de eerste 5 tot 8 bedrijfsuren en daarna elke 100
uur.
1.
2.
51
OPGEPAST
Om de levensduur van de startmotor te verlengen, kortstondig
starten (maximaal 5 seconden, wacht vervolgens een minuut). Volg
de instructies van de machinefabrikant voor het laden van de accu.
ONDERHOUD
Iedere 8 uur of dagelijks
D Oliepeil controleren
D Op olielekkages controleren
Iedere 50 uur
D Klepspeling controleren *
D Vonkenvanger (indien hiermee uitgerust) reinigen
Iedere 100 uur of ieder seizoen
D Olie verversen *
D Oliefilter vervangen *
D Luchtfilter reinigen **
D Klepspeling controleren bij Aardgas/LPG Motoren
Iedere 250 uur
D Klepspeling controleren
D Elektrolyt in de accu controleren
Iedere 400 uur
D Luchtfilterpatroon vervangen **
D Brandstoffilter vervangen
Iedere 600 uur
D Veiligheidsfilter patroon vervangen
Jaarlijks
D Bougies vervangen
Ververs olie en filter na de eerste 5 tot 8 gebruiksuren,
daarna iedere 100 uur of elk seizoen. Ververs de olie iedere
50 uur indien de motor gebruikt wordt onder zware belasting of
in hoge omgevingstemperaturen.
Controleer de klepspeling na de eerste 50 gebruiksuren,
daarna iedere 250 uur.
Vaker reinigen onder stoffige omstandigheden of indien er
zwevend vuil aanwezig is. Vervang luchtfilteronderdelen
indien deze erg vuil zijn.
OLIE EN OLIEFILTER VERVANGEN
Fig. 5
Verwijder, met uitgezette maar nog warme motor, de aftapplug Ê en
tap de olie in een daarvoor geschikte container af. Breng de
aftapplug weer aan.
Verwijder de oliefilter Ë. Voordat de nieuwe filter geïnstalleerd
wordt, de oliefilterpakking licht inoliën met verse, schone olie.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Vanguard 610000

Tabla de contenido