6-1-3. AAN/UIT, functie blokkeren/toestaan pulsinvoerstand
• Als het AAN/UIT-signaal wordt ingevoerd in de externe invoerinterface, worden alle gestuurde
airconditioners en LOSSNAY-toestellen AAN of UIT geschakeld.
• Als het blokkeren/toestaan-signaal wordt ingevoerd in de externe invoerinterface, worden de
functies van de nevensysteembesturing en de lokale afstandsbediening geblokkeerd of
toegestaan.
"
"
OPMERKING 1. De timer is geldig in deze invoerstand en de schemafunctie wordt uitgevoerd.
2. Het instelbereik voor blokkeren/toestaan volgt de instelling van de DIP SW3-5. Zie hoofdstuk
8. "Instellen van de functies" voor details over de DIP-schakelaars.
6-2. Externe uitvoer
• Het "AAN"-signaal wordt uitgevoerd wanneer meer dan één airconditioner AAN staat en het
"foutmelding"-signaal wordt uitgevoerd wanneer een fout optreedt in meer dan één airconditioner.
188
"
"
" licht op wanneer AAN wordt ingevoerd.
" gaat UIT wanneer UIT wordt ingevoerd.
" knippert wanneer blokkeren wordt ingevoerd.
" knippert wanneer UIT wordt ingevoerd.