Installatie
Menu 8:
Deuraanpassingen
1. Selecteer het menupunt '8'.
Na circa 2 seconden knippert de weergave, en de ingestelde waarde verschijnt.
In de afl everingstoestand is de waarde '4' ingesteld.
Deze instelling moet worden gehandhaafd. Een verandering van de zachte looptrajecten mag uitsluitend
worden gerealiseerd met nadrukkelijke toestemming van de fabrikant van de deur.
2. Pas de instelling eventueel aan met behulp van de knoppen OPEN (B) en DICHT (C).
Waarde
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Opmerkingen:
- Deze waarden komen overeen met de op de loopslede gemeten zachte looptrajecten in cm.
3. Druk op de programmeerknop (PROG-knop) (D).
De waarde '9' wordt weergegeven.
130
Start OPEN
Stop OPEN
0
15
0
15
25
15
15
35
55
Start DICHT
0
0
0
15
15
0
15
15
30
25
15
15
15
15
35
65
15
15
uitsluitend zachte loop
Stop DICHT
0
0
40
35
40
55
15
45
100
N-423