BEDRIJFSMODUS
De regeleenheden kunnen op motoren aangesloten worden die voorzien zijn van
mechanische of elektronische eindschakelaars.
AANWIJZINGEN VOOR HET AFSTELLEN VAN DE
EINDSCHAKELAARS
Om de eindschakelaars af te stellen verwijzen wij u naar de handleiding van de
motor.
- MECHANISCHE EINDSCHAKELAAR ZONDER BEVEILIGING
Sluit de regeleenheid aan, laat de motor in de gewenste richting draaien, gebruik
de stelschroeven van motor om het rolluik in de gewenste stand te brengen.
- MECHANISCHE EINDSCHAKELAAR MET BEVEILIGING (aanslag afstellen)
In geval van beveiligingen (anti-inbraak harde bandjes/veren of vaste/afneembare
doppen in de geleiders) is het mogelijk om de aanslag af te stellen. Sluit de regeleen-
heid aan, laat de motor in de gewenste richting draaien, gebruik de stelschroeven
van motor om het rolluik in de bijna tegen de mechanische aanslag te brengen.
Zet de motor stil en gebruik de stelschroeven van de motor in de + richting voor 3
omwentelingen om de stand van de eindschakelaar voorbij de mechanische aanslag
in te stellen.
- ELEKTRONISCHE EINDSCHAKELAAR (drukknop)
Bij Plug & Play motoren is geen enkele afstelling van de eindschakelaar vereist en
kunt u de regeleenheid meteen aansluiten.
BEDIENING VAN MOTOREN MET NOODMANOEUVRE
Deze regeleenheid is bijzonder geschikt voor de aansturing van motoren met
mechanische eindschakelaars en noodmanoeuvre.
Nadat het rolluik met een noodmanoeuvre is bewogen, gaat de regeleenheid de
correcte standen van de geldige eindschakelaars hervatten en herstellen.
TM2 X R COMPACT
99
A4518_6H81_Rev.A