A
Port forwarding
Momenteel hebt u enkel toegang tot de camera indien deze verbonden is met uw eigen draadloos
netwerk, niet via het internet. Dit komt omdat een standaard thuisnetwerk meestal verbonden is met het
internet via een router. Enkel het externe IP-adres van de router (toegewezen door uw internetprovider)
is zichtbaar op het internet. Bovendien blokkeert de router ook alle toegang tot de toestellen in uw
thuisnetwerk, ook uw camera. Om dit te omzeilen, gebruiken de meeste routers de functie port
forwarding waardoor er internettoegang is naar een toestel in het thuisnetwerk.
Om de functie port forwarding in te stellen, gaat u als volgt te werk:
1.
Open de webbrowser op uw draagbaar toestel en tik het IP-adres van uw router dat u hebt
genoteerd in de adresbalk.
De configuratiepagina van uw router verschijnt.
2.
Ga naar de configuratiepagina met de instellingen van de functie port forwarding (of virtuele
server).
Opmerking: Het definiëren van de port forwarding of virtuele server kan variëren afhankelijk van
het type router. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw router voor meer informatie.
Het voorbeeld hieronder toont het scherm voor een D-Link router: selecteer "Advanced" en
vervolgens "Port Forwarding".
3.
Geef het IP-adres van de camera en het poortnummer in die u noteerde en activeer deze instelling.
U kunt nu de camera bereiken via internet.
4.
Als uw draadloze router UPnP ondersteunt (Universal Plug and Play), zorg er dan voor dat deze
functie actief is. UPnP versterkt de communicatie tussen de router en draadloze toestellen.
Raadpleeg de handleiding van de routersoftware indien nodig.
De verbinding controleren
Wanneer de netwerkconfiguratie en poortdoorschakeling voltooid zijn, controleert u de set-up van uw
verbinding als volgt:
1.
Via uw draagbaar toestel stelt u uw netwerkmodus in naar 3G of maakt u verbinding met een ander
draadloos netwerk dan dat waarmee uw camera verbonden is.
V. 01 – 14/02/2014
CAMIP18
B
15
C
©Velleman nv