De Halsband Op De Hond Plaatsen - Martin System TT200 Manual Del Usuario

3. coNTRoLEREN vaN DE goEDE WERkINg
Om de goede werking van het apparaat te controleren, is er een test lampje
voorzien. Plaats het lampje op de contacten van de halsband en druk op de
impulsknop van de afstandsbediening.
Als de halsband correct werkt, zal het lampje branden terwijl U op de impuls-
knop duwt.
Als het lampje niet brandt, ga dan eerst na in welk programma U werkt.
Als de hond niet op de impulsen reageert, test U de halsband op een langere
afstand, om na te gaan dat er geen reikwijdte probleem is.
Als dit het geval is, vervangt U de batterijen van de halsband.
Als de halsband ook op lange afstand correct werkt, maar dat de hond niet
op de impulsen reageert, controleert U of de hond de halsband behoorlijk
draagt.
4. DE haLSbaND op DE hoND pLaaTSEN
Het aanspannen van de halsband is van het grootste belang voor de juiste
werking van het apparaat.
Als de halsband te los gedragen wordt, zullen de elektrodes niet in contact
zijn met de huid, en zal de hond de impulsen niet voelen. Als de band te zeer
gespannen is, zal de hond moeilijk ademen, en zullen zijn atletische prestaties
verminderen.
Wanneer u halsband plaatst, zorg dat hij naar beneden gedraaid is, en dat er
geen haar noch dons tussen de huid en de elektrodes is.
28
5. hET pRESTaTIEvERmogEN vERbETEREN
Om een maximale reikwijdte te bekomen, moeten enkele voorzorgsmaatre-
gelen gerespecteerd worden om de radiocommunicatie tussen de afstandsbe-
diening en de halsband optimaal te maken. Deze voorzorgen zijn alléén nodig
wanneer men bijzonder grote reikwijdtes wil bekomen.
• Zorg dat U de afstandsbediening zo laag mogelijk vastneemt.
• Richt de afstandsbediening naar omhoog, met uw arm naar de lucht
gestrekt.
• Gebruik batterijen in een goede toestand.
6. gEbRUIkSTIpS
De Martin System «Tiny Trainer» is samen met dierenartsen en hondenopvoe-
ders ontworpen, om een systeem te maken dat over alle benodigdheden voor
het trainen van een hond beschikt, en tegelijkertijd pro-actief het welzijn van
uw hond respecteert.
Om de beste resultaten de behalen met een «Tiny Trainer», raadt men aan
deze op honden van minimum 6 maanden te gebruiken.
De hond moet eerst een basisopvoeding gekregen hebben, en bevelen zoals
«zit», «down» en «kom» moeten gekend zijn voor men een trainingshalsband
gaat gebruiken.
Om te vermijden dat de hond de impulsen met het dragen van de halsband zou
associëren, begint u best door de halsband enkele uren per dag, gedurende 3
a 4 dagen, aan de hond om te doen, zonder deze te gebruiken.
Het is belangrijk om progressief te zijn, en eerst de lagere impulsniveaus te
gebruiken, en deze zo nodig geleidelijk te verhogen.
Gebruik het apparaat enkel op het precieze moment waarop de hond de fout
begaat. Te laat reageren, zelfs maar enkele seconden, zal niet door de hond
begrepen worden.
Het is zeer de belangrijk de hond door middel van strelen en complimenten
te belonen.
NL
29