Facom DM.35 Guía De Instrucciones página 10

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

3.4
Controle van de restdruk
Laat de motor draaien totdat de normale temperatuur is bereikt. Stop de motor en controleer de druk 3 maal.
Begin de test opnieuw, stop de motor en sluit de klep van de driewegkoppeling
Drukval nog steeds te groot
Begin de test opnieuw, stop de motor door brandstofretourleiding naar de verdeler dicht te knijpen
Drukval nog steeds te groot
Begin de test opnieuw, stop de motor door de slang tussen de tank en de pomp dicht
Drukval nog steeds te groot
Knijp de slang tussen de accumulator en de pomp dicht
Drukval nog steeds te groot
Inspuiters demonteren en testen
4.
ELEKTRONISCH BENZINE-INJECTIESYSTEEM
Voorbereiding:
Controleer de elektrische aansluitingen
4.1 Meting van de capaciteit
los en houd deze in een vat met een maatverdeling. Verbind het pomprelais
door ( zekering 20A) en meet de hoeveelheid brandstof die de pomp in 1
minuut levert. Vergelijk deze hoeveelheid met de gegevens van de fabrikant
( minimum waarde: 1,5 tot 2 liter ).
4.3 Controle van de druk in het circuit
Knijp de brandstofretourleiding gedurende 3 seconden dicht
Druk loopt snel op
Drukregelaar defect
4.4 Controle van de drukregelaar
Breng alle elektrische aansluitingen weer tot stand, ook van het pomprelais. Start de motor. De druk dient 0,5 bar lager te zijn dan de door de fabrikant
opgegeven waarde. Bij het loskoppelen van de drukontlastingsslang van de drukregelaar en vervolgens bij het blokkeren daarvan dient de druk op te lopen
tot de door de fabrikant opgegeven waarde.
4.5 Controle van de restdruk
Begin opnieuw, sluit de klep van de driewegkoppeling en stop de motor onmiddellijk
Drukval te groot
De terugslagklep van de pomp is defect of de
brandstofaanvoerleiding vertoont lekkage
Na afloop van de test het circuit ontluchten met de transparante slang van de manometer. Controleer of de leidingen goed zijn bevestigd en geen lekkage
Na afloop van de test het circuit ontluchten met de transparante slang van de manometer. Controleer of de leidingen goed zijn bevestigd en geen lekkage
Na afloop van de test het circuit ontluchten met de transparante slang van de manometer. Controleer of de leidingen goed zijn bevestigd en geen lekkage
Na afloop van de test het circuit ontluchten met de transparante slang van de manometer. Controleer of de leidingen goed zijn bevestigd en geen lekkage
Na afloop van de test het circuit ontluchten met de transparante slang van de manometer. Controleer of de leidingen goed zijn bevestigd en geen lekkage
vertonen. Controleer of de connectoren goed zijn aangesloten. Reinig de slangen en de koppelingen van de tester alvorens deze in de koffer op te bergen.
vertonen. Controleer of de connectoren goed zijn aangesloten. Reinig de slangen en de koppelingen van de tester alvorens deze in de koffer op te bergen.
vertonen. Controleer of de connectoren goed zijn aangesloten. Reinig de slangen en de koppelingen van de tester alvorens deze in de koffer op te bergen.
vertonen. Controleer of de connectoren goed zijn aangesloten. Reinig de slangen en de koppelingen van de tester alvorens deze in de koffer op te bergen.
vertonen. Controleer of de connectoren goed zijn aangesloten. Reinig de slangen en de koppelingen van de tester alvorens deze in de koffer op te bergen.
Noteer de drukval en vergelijk deze met de gegevens van de fabrikant
Drukval groter
Drukval correct
Drukval correct
te knijpen
Druk valt niet meer terug
Druk valt niet meer terug
- Koppel de brandstofaanvoerleiding
Sluit brandstofleiding geen
Start de motor; als de motor niet opnieuw start het pomprelais doorverbinden.
Noteer de druk in het circuit en vergelijk deze met de gegevens van de fabrikant
Druk te laag
Druk loopt langzaam op
Brandstofleiding of filter verstopt
Inspuiters of pomp defect
Sluit de drukontlastingsslang van de drukregelaar weer aan
Stop de motor en lees de manometer af
De druk daalt in 1 minuut met meer dan 0,5 bar
Begin opnieuw, knijp de brandstofretourleiding dicht en stop
De druk daalt in 1 min. met meer dan 0,5 bar
Lekkage injectiesysteem (inspuiter)
Controleer de afsluitklep van de drukregelaar en de O-ringen van de
Drukontlasting: verwijder de zekering van de benzinepomp; start de
motor en wacht totdat deze stopt.
4.2 Controle van de pompdruk
seconden de klep van de driewegkoppeling, noteer de druk en vergelijk
deze met de gegevens van de fabrikant. Als de druk te laag is, is de
brandstofpomp defect.
f f f f f
en de tester aan conform schema 2
Maak de brandstofretourleiding los en laat de brandstof in een bak lopen
Druk correct
Brandstofleiding of filter verstopt
Drukval correct
Open de klep van de driewegkoppeling
de motor onmiddellijk
Drukregelaar defect
Drukval correct
Einde van de test
brandstofverdeler
Drukregelaar defect
Afsluitklep van de pomp defect
Accumulator defect
- Sluit gedurende maximaal 3
Druk te hoog
Druk te hoog
Drukregelaar defect
Drukval correct
Einde van de test
Drukval correct
NL

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido