AUTOMATISCHE FUNCTIONERINGSLOGICA (AUTO):
VOOR CONFIGURATIES MET 3 OF 4 SNELHEDEN EN
KLEP/PEN ON/OFF (OF AFWEZIG):
AFKOELEN
VERWARMEN
N.B.: in het geval van de configuraties met 4 snelheden
wordt de ventilatie tijdens het verwarmen met
0,5°C vertraagd om een eerste fase voor naturale
convectie mogelijk te maken.
VOOR CONFIGURATIES MET 3 OF 4 SNELHEDEN EN
GEMODULEERDE KLEP/PEN:
AFKOELEN
VERWARMING MET CONFIGURATIES MET 3
SNELHEDEN:
VERWARMING MET CONFIGURATIES MET 4
SNELHEDEN:
FWEC3
Advanced plus electronic controller
FC66002765
VRIJGAVE VAN WATER
Onafhankelijk van het geïnstalleerde soort ventilator (gemoduleerd
of ongemoduleerd) is de functionering van de ventilator gebonden
aan de controle van de watertemperatuur in de installatie. Naar
aanleiding van de arbeidsmodaliteit hebben we verschillende
graden van vrijgave voor verwarmen en afkoelen.
AFKOELEN
Omgevings-
temperatuur
VERWARMEN
De afwezigheid van deze vrijgave op het moment dat de
Omgevings-
thermostaat hierom vraagt, wordt op het display aangegeven
temperatuur
met het knipperen van het symbool voor de actieve modaliteit
(
of
Deze vrijgave wordt genegeerd in het geval van:
Watermeter niet voorzien (P04 = 0) of in alarmsituaties
omdat hij niet aangesloten is.
In het geval van het afkoelen bij configuraties met 4 slangen.
FORCERINGEN
De normale ventilatielogica (zowel gemoduleerd als
ongemoduleerd) wordt genegeerd in het geval van bijzonder
geforceerde omstandigheden die noodzakelijk zouden kunnen
zijn voor de correcte controle van de temperatuur of de
functionering van de terminal. Het volgende is mogelijk:
Bij Afkoelen:
Omgevings-
m et bediening op de machine (P01 = 0) en configuraties
temperatuur
met klep: de laagst mogelijke snelheid wordt behouden
ook bereikteals de temperatuur bereikt is.
B ediening op de machine en configuraties zonder klep: elke
10 minuten dat de ventilator stilstaat, wordt een reiniging van 2
minuten op gemiddelde snelheid uitgevoerd om het mogelijk te
maken dat de luchtluchtluchtmeter een nauwgezettere aflezing
van de omgevingstemperatuur kan uitvoeren.
Bij Verwarmen
M et actieve weerstand: de ventilatie op gemiddelde
snelheid wordt geforceerd.
A ls de weerstand eenmaal uitgeschakeld is: wordt gedurende
Omgevings-
2 minuten een naventilatie op gemiddelde snelheid behouden.
temperatuur
(N.B.: deze ventilatie wordt ook afgewerkt als de thermostaat
uitgezet wordt of als men op de modaliteit afkoelen overgaat).
DISPLAY
Het display geeft de staat van de ventilator weer.
Omgevings-
temperatuur
O n knipperend: ventilator in standby
O n vast: ventilator aan
O FF: ventilator gedeactiveerd om alleen de naturale convectie en
met geactiveerde of geselecteerde (in het geval van de ventilator
in stand-by) functioneringssnelheid (met eventuele weergave
van de logica "automatisch") te laten functioneren.
).
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
Water-
temperatuur
Water-
temperatuur
9