REC400
Videorecorder in fabriekstoestand resetten
Onder het menupunt „Default Settings" kunt u de videorecorder in fabriekstoestand
terugzetten.
➤ Kies het gewenste onderpunt (zie hoofdstuk „In de menu's bewegen" op
pagina 149).
➤ Bevestig met „Yes (Ja)" of
➤ breek af met „No (nee)".
8.3
Systeeminstellingen via de softwaretoepassing
uitvoeren
➤ Verbind de SD-kaart via een kaartleestoestel met een pc.
Via het configuratievenster kunt u de volgende instellingen uitvoeren:
Menupunt
Video Quality
Video Frame Rate
Video Format
Car Information
Audio Recording
Paswoord
Speed Unit
Time Zone
NL
Functie
Kies de videokwaliteit:
Hoog/normaal/laag
Selecteer de opnamefrequentie (beelden/seconde):
2/4/6/8 /10/15/20/25/30
Kies het videoformaat: D1/CIF
Voer de naam van de bestuurder of het rijbewijsnummer in.
Schakel de opname van geluid in of uit.
Beveilig de gegevens door invoer van een maximaal
15-cijferig paswoord. U kunt tot 2 gebruikersnamen
(UserName) en paswoorden (Password) invoeren.
Na het instellen van de paswoordfunctie moet deze altijd
ingevoerd worden om de video's af te kunnen spelen of
instellingen te kunnen uitvoeren.
Kies de snelheidseenheid:
km/h, mile/h, knopen
Kies de tijdzone.
Videorecorder instellen
153