83
B
LED 1
A2
A1
Cyclus
van de regelwijze
nederlands
7. Instellingen
A)
Bedieningstoetsen
B)
Typeplaatje
A
A1) Bediening voor instelling regeling en indicatie (LED)
Zie hoofdstuk 7.1.
A2) Toetsen voor het instellen (opvoerhoogte)
met lichtsymbolen (LED) voor aanduiden van opvoerhoogte
en capaciteit, zie hoofdstuk 7.2
A3) Lichtsymbool storing, externe regeling (Ext),
LED 2
zie hoofdstuk 7.2 en 7.3.
A3
7.1 Instellen van de regelwijze (A1)
Toets
Geregeld bedrijf: proportionele druk (pp)
Zinvol in de volgende installaties:
– Tweepijp systeem met thermosstatische ventielen en
– Primair circuitpompen met groot drukverlies
Geregeld bedrijf: constant druk (cp)
Zinvol in de volgende installaties:
– Tweepijp systemen met thermosstatische ventielen en
– Met zeer weinig drukverschil
– Primair circuitpompen met weinig drukverschil
– Vloerverwarming met thermosstatische ventielen
– Eenpijpsystemen
Ongeregeld bedrijf: Constant toerental (cs)
Het bedrijfspunt kan door het verstellen
van het toerental optimaal ingesteld worden.
Zinvol voor installaties met constante volumestroom:
Ketelvoeding pompen, warmtepompen,
koudwater toepassingen etc.
Automatisch minimaal toerental
Als de aanvoertemperatuur in de installatie
10 à 15° naar beneden gaat wordt de capaciteit
na circa 1 à 2 uur op (min ) geschakeld.
Stijgt de aanvoertemperatuur 10 °C dan wordt
Aut.
direct op geregeld bedrijf omgeschakeld.
LED brandt: gekozen programma
LED knippert: Pomp op stand minimaal toerental.
Automatisch minimaal toerental niet toepassen
Pas op
bij houtketels, gasketels, boilers, afstandsverwarming,
warmtepompen en klimaatinstallaties, etc.
Verbrandingsgevaar.
Bij hoge mediumtemperaturen kan de pomp zo heet
worden dat alleen de bedieningstoetsen aangeraakt
kunnen worden.
– lange leidingen
– ventielen met een groot regelbereik
– opvoerhoogte < 2m
– natuurlijke circulatie (oude zwaartekracht installaties)