Indicaciones
de
seguridad
Durante el montaje deben utilizarse guantes para evitar heridas por
aplastamiento o corte.
Conexión
eléctrica
Las tareas de instalación y prueba únicamente pueden ser realizadas por
personal electricista cualificado, respetando las reglamentaciones de las
normas VDE 0100, parte 701, e IEC 60364-7-701.
Para la instalación eléctrica deben respetarse las disposiciones
correspondientes VDE, de cada país, y EVU en su versión vigente.
La alimentación de energía se realiza por medio de una conexión AC
230V/N/PE/50Hz.
La conexión debe establecerse a través de un dispositivo de protección de
corriente residual (RCD/ FI) con un interruptor diferencial de corriente ≤ 30
mA.
La función del seguro debe ser verificado en lapsos regulares.
La temperatura ambiente no debe superar los 50ºC.
Debe garantizarse que el producto pueda ser separado de la red, p. ej. con
un interruptor para todos los polos, según EN 60335-1 sección 24.3.
Indicaciones
para
el
montaje
• Es obligatorio el cumplimiento de las directrices de instalación vigentes en el
país respectivo.
• Durante el montaje del producto, mediante personal especializado, se debe
asegurar de que la superficie de sujeción en todo el área de la fijación sea
plana (sin fugas o azulejos que sobresalgan), que la estructura del muro sea
adecuada para el montaje del producto y que no presente puntos débiles.
• Todos los trabajos que se realicen, deben llevarse a cabo en estado sin tensión.
• Para el montaje debe utilizarse únicamente material reglamentario .
• Procure que sean accesibles todos los componentes.
• Para el transformador incluido en el set completo se necesita una toma bajo
revoque (> Ø 60 mm) con un cable de alimentación de 230 V.
• El transformador no debe ser instalado en los sectores de protección 0, 1 ó 2.
(ver página 18)
• La toma bajo revoque está conectada con el set básico a través de un tubo
vacío EN 20.
• La distancia máxima entre la toma bajo revoque y el set básico no puede ser
superior a los 6,5 m.
• El tubo vacío se debe fijar cada 500 mm, formando un radio de flexión superior
a 100 mm.
• El manguito de estanqueidad no debe pegarse en caliente.
Descripción
de
símbolos
No utilizar silicona que contiene ácido acético!
Dimensiones
(ver página 17)
0,
1,
2
Área
protegida
(ver página 18)
Transformador
Tubo vacío
230 V
12 V
Repuestos
(ver página 21)
Montaje
ver
página
20
4
Español
Nederlands
Veiligheidsinstructies
Bij de montage moeten ter voorkoming van knel- en snijwonden handschoenen
worden gedragen.
Elektrische
aansluiting
De installatie- en controlewerkzaamheden moeten uitgevoerd worden door
een geautoriseerde electricien die rekening houdt met de normen VDE 0100
Deel 701 en IEC 60364-7-701.
Bij de elektrische installatie moeten de overeenkomstige VDE-, nationale en
EVU-voorschriften in de geldige versie in acht genomen worden.
De volledige stroomtoevoer gebeurt via een 230V/N/PE/50Hz
wisselstroomaansluiting.
Deze moet middels een 2-polige FI-schakelaar met 30mA afgezekerd worden.
De beveiliging moet regelmatig op functionaliteit gecontroleerd worden.
De omgevingstemperatuur mag niet hoger zijn dan 50 ºC.
Er moet gegarandeerd zijn dat het product gescheiden kan worden van het
stroomnet, bv. door een alpolige schakelaar conform EN 60335-1 § 24.3.
Montage-instructies
• De in de overeenkomstige landen geldende installatierichtlijnen moeten
nageleefd worden.
• Bij de montage van het product door gekwalificeerd vakpersoneel moet erop
gelet worden dat het montagevlak in het volledige bereik van de bevestiging
vlak is (geen uitstekende voegen of verspringende tegels), dat de wand geschikt
is voor de montage van het product en geen zwakke plaatsen vertoont.
• Alle werkzaamheden mogen alleen uitgevoerd worden in de spanningsvrije
toestand.
• Voor de montage mag enkel materiaal gebruikt worden dat aan de normen
voldoet.
• Alle componenten moeten toegankelijk blijven.
• Voor de in de kant-en-klare set meegeleverde transformator moet een verzonken
contactdoos (> Ø 60 mm) met een voedingsleiding van 230 V voorzien worden.
• De transformator mag niet in veiligheidszone 0, 1 of 2 ingebouwd worden. (zie
blz. 18)
• De verzonken contactdoos is via een lege buis EN 20 met de basisset
verbonden.
• De afstand tussen de verzonken schakeldoos en de basisset mag niet meer dan
6,5 m bedragen.
• De lege buis moet minstens alle 500 mm vastgezet worden en de buigradius
moet groter zijn dan 100 mm.
• De dichtmanchet mag niet warm omwikkeld worden.
Symboolbeschrijving
Gebruik geen zuurhoudende silicone!
Maten
(zie blz. 17)
0,
1,
2
Veiligheidszone
(zie blz. 18)
trafo
Lege buis
230 V
12 V
Service
onderdelen
(zie blz. 21)
Montage
zie
blz.
20