N E D E R L A N D S
1
Algemeen
Het besturingsapparaat voor de draadloze knipperlichtbesturing wordt
bevestigd aan de binnenzijde van het deurblad. Aan de buiten- of
binnenzijde van het deurblad kunnen tot 5 lichtsensoren gemonteerd
worden. Adequate lichtimpulsen van de autokoplamp worden als radio-
signalen naar de ontvanger van de deurbediening gezonden.
2
Montage
Buitensensor
De buitensensor (afbeelding 1/2) moet ter hoogte van de lichtkegel van
het grootlicht van de autokoplamp gericht worden, limousines ca.
550-700 mm, vrachtwagens ca. 900 mm, sportwagens ca. 250 mm.
Door een boring in het deurblad wordt de sensorkabel naar binnen
geleid (afbeelding 2 A). Bij de keuze van de stand van de buitensensor
moet erop gelet worden dat aan de binnenzijde van de deur voldoende
plaats is voor het besturingsapparaat dat vlakbij moet worden
gemonteerd.
Binnensensor (niet in leveromvang)
Wanneer zich op de gepaste hoogte een raam in het deurblad bevindt,
kan de binnensensor voor binnenrijdende voertuigen met zijn voorkant
op de juiste hoogte met bijgevoegd kleefpad aan de binnenzijde van het
raam gekleefd worden (afbeelding 2 B) (reinig vooraf het kleefvlak).
Anders wordt de binnensensor voor buitenrijdende voertuigen met zijn
achterkant op de juiste hoogte met bijgevoegd kleefpad aan de binnen-
zijde van het deurblad gekleefd (afbeelding 2 C) (reinig vooraf het kleefvlak).
Besturingsapparaat
Het besturingsapparaat wordt aan de binnenzijde op het deurblad
geschroefd zodat de kabelschroefverbindingen naar beneden wijzen
(afbeelding 3).
22
02.2007 TR20G003 RE