Regelmatig onderhoud en verzorging
Maak het lamineerapparaat regelmatig schoon.
1. Trek de
stekker
begint.
2. Wacht totdat het lamineerapparaat is afgekoeld. Informatie over de
afkoeltijd vindt u in de Technische gegevens.
LET OP Beschadiging van het lamineerapparaat door agressieve reini-
gingsmiddelen. Gebruik geen reinigings- of oplosmiddelen.
3. Gebruik een licht vochtige, niet-pluizende doek om het oppervlak van
de behuizing van het lamineerapparaat te reinigen.
Afzettingen en lijmresten verwijderen
Afzettingen en lijmresten op de rollen kunnen het lamineerresultaat nade-
lig beïnvloeden. Verwijder afzettingen en lijmresten op gezette tijden en
telkens wanneer het lamineerresultaat niet zo is als verwacht.
1. Zet de
stroomschakelaar
stroomschakelaar
VOORZICHTIG! Gevaar voor brandletsel door heet opper-
vlak van het apparaat. Tijdens het lamineren wordt het opper-
vlak van het apparaat heet. Het oppervlak van het apparaat
tijdens gebruik niet aanraken. Wacht na het gebruik enkele
minuten totdat het lamineerapparaat is afgekoeld, voordat u het
oppervlak van het lamineerapparaat aanraakt.
2. Voer een gevouwen vel papier met de gevouwen rand naar voren
recht in de
invoerzijde
worden meegenomen door het eruit komend papier.
VOORZICHTIG! Gevaar voor brandletsel lamineerresten. Het
eruit komende papier voert zeer hete lamineerresten mee. Pak
het eruit komende papier aan het afgekoelde uiteinde vast.
3. Herhaal de procedure met een nieuw vel papier totdat geen lijmresten
meer aan het papier blijven kleven.
Regelmatig onderhoud en verzorging
uit het stopcontact voordat u met de reiniging
4
op ON, het controlelampje in de
5
5
brandt rood.
van het lamineerapparaat in. Lijmresten
9
n
57