Personeelskwalificatie
De montage dient door gekwalificeerd
personeel te worden uitgevoerd.
Gevaren bij het niet in acht nemen
van de veiligheidsvoorschriften
De niet-naleving kan gevaar voor per-
sonen en de installatie opleveren.
De niet-naleving van de veiligheidsvo-
orschriften kan ertoe leiden dat iedere
aanspraak op schadeloosstelling ver-
valt.
Concreet kan niet-naleving de volgen-
de gevaren inhouden:
– Uitvallen van belangrijke functies
van de pomp/installatie,
– Verwonding van personen door
elektrische en mechanische inwer-
king,
Veiligheidsvoorschriften voor de
gebruiker
De bestaande voorschriften ter voor-
koming van ongevallen dienen in acht
te worden genomen.
Gevaar door elektrische energie moet
worden voorkomen. Er moet worden
gehandeld conform de algemene
voorschriften [vb. IEC, VDE, enz.] en
de voorschriften van het plaatselijke
energie-bedrijf.
Veiligheidsvoorschriften voor ins-
pectie- en montagewerkzaamheden
De gebruiker dient er voor zorgen dat
alle inspectie- en montagewerkzaam-
heden worden uitgevoerd door erkend
en gekwalificeerd vakpersoneel, dat
zich door het aandachtig lezen van de
handleiding voldoende heeft geïnfor-
meerd.
In principe mogen werkzaamheden
aan de pomp/installatie alleen bij stil-
stand worden uitgevoerd.
Eigenhandige ombouw en vervaar-
diging van onderdelen
Veranderingen aan de pomp/installa-
tie zijn alleen in overleg met de fabri-
kant toegestaan.
In het kader van de veiligheid mag
enkel gebruik worden gemaakt van
originele onderdelen en door de fabri-
kant toegelaten toebehoren. De fabri-
kant kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor de gevolgen die voort-
vloeien uit het gebruik van andere
onderdelen.
Ontoelaatbare bedrijfsomstandig-
heden
De bedrijfszekerheid van de geleverde
pomp/installatie is alleen gewaar-
borgd bij een doelgerichte toepassing,
conform deel 1 van de handleiding.
De in het datablad aangegeven grens-
waarden mogen in geen geval worden
overschreden.
3 Transport/
Tussenopslag
De pomp bevat elektroni-
OBGELET!
sche
moet worden beschermd
tegen vocht en mechani-
sche
(stof/slagen) (afb. 7). De
pomp mag niet worden
blootgesteld aan tempe-
raturen lager dan -10 °C
en hoger dan + 50°C
(afb. 7).
NEDERLANDS
onderdelen
en
beschadigingen
31