Onderhoudsintervallen:
Onderhouds- en ser-
vice-interval
Controleer de luchtin-
laat en -uitlaat en ver-
wijder onzuiverheden.
(Fig 1, Fig 2.)
Externe reiniging
Visuele controle van
de waterafvoer
(slangaansluiting) op
vervuiling
Controleer het luchtfil-
ter op vuil en vreemde
voorwerpen, reinig of
vervang het indien
nodig.
Controleer het appa-
raat op beschadigin-
gen (stroomkabel, be-
huizing, tank, ventila-
torwiel)
Proefrit
Leegmaken van de
tank of controleren
van de slangafvoer
Visuele controle van
de gebruikte stop-
contacten.
Testen van de aar-
dlekschakelaar
(ground fault circuit
interrupter).
Luchtinlaat en -uitlaat controleren
Het apparaat zuigt de lucht aan de voorzijde aan (afb. 1) en blaast deze aan de zijkant uit
(afb. 2). Zorg ervoor dat de luchtinlaat en -uitlaat niet geblokkeerd zijn en controleer dit elke
keer dat u het toestel gebruikt. Zorg ervoor dat er geen voorwerpen of muren de luchtinlaat of
-uitlaat belemmeren en neem de afstandsregels in acht.
Controleer de afvoerslang:
Controleer de slang die gebruikt wordt voor het aftappen van de slang regelmatig op
verstoppingen en beschadigingen. Als de slang verstopt of beschadigd is, vervang hem dan
door een nieuwe.
Opslag van de luchtontvochtiger
Als de luchtontvochtiger voor langere tijd niet wordt gebruikt:
1)
Schakel het apparaat in en ontkoppel het.
2)
Maak het waterreservoir volledig leeg en zorg ervoor dat er geen water meer in het
apparaat zit.
3)
Verwijder en reinig de stoffilters. Zorg ervoor dat de filters volledig droog zijn voordat u
ze opnieuw installeert.
4)
Bundel de voedingskabel en bevestig deze aan de kabelhouder op de achterkant van
het apparaat.
5)
Bewaar de luchtontvochtiger op een koele, droge plaats. Houd het apparaat uit de
buurt van direct zonlicht, hoge/lage temperaturen en hoge stofbelasting.
NL-18
voor elk
Op
Inbedrijf-
Vraag
stelling
X
X
X
X
X
X
X
Tenminste
Tenminste
alle
alle
2 weken
4 weken
X
X
X
Tenminste
alle
6 maanden
www.comedes.com
Minstens
jaarlijks
X
X
X