Descargar Imprimir esta página

Het Product Installeren - Grundfos CR Serie Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 25

8. Het product installeren

Waarschuwing
De pomp mag nooit drooglopen. Zorg ervoor dat de
pomp gevuld is met verpompte vloeistof tijdens
bedrijf.
Waarschuwing
De verantwoordelijkheid voor het controleren van de
functies van de droogloopbeveiliging, zoals stroom-
snelheid, druk van de asafdichting en temperatuur
van de sper- of spoelvloeistof rust bij de installateur/
eigenaar.
Waarschuwing
Toegenomen lekkage kan duiden op een defecte
asafdichting. Bij sommige typen vloeistoffen is de
lekkage mogelijk niet zichtbaar vanwege verdam-
ping.
8.1 Pomp met enkelvoudige afdichting
8.1.1 Niet-ontvlambare vloeistoffen
Categorie 2G/D
Zorg ervoor dat de pomp gevuld is met verpompte vloeistof tij-
dens bedrijf. Zorg, als dit niet mogelijk is, voor passende bewa-
king, bijvoorbeeld beveiliging tegen drooglopen om de pomp te
stoppen in het geval van een storing.
Categorie 3G/D
Er is geen aanvullende bewaking (droogloopbeveiliging) vereist
voor het pompsysteem.
8.1.2 Ontvlambare vloeistoffen, pompunit
Categorie 2G/D en 3G/D
Zorg ervoor dat de pomp gevuld is met verpompte vloeistof tij-
dens bedrijf. Zorg, als dit niet mogelijk is, voor passende bewa-
king, bijvoorbeeld beveiliging tegen drooglopen om de pomp te
stoppen in het geval van een storing.
Zorg tevens voor oereikende ventilatie rondom de pomp. De lek-
snelheid van een asafdichting is minder dan 24 ml voor elke 24
uur in bedrijf. Zorg voor toereikende ventilatie om de zoneclassifi-
catie die op het typeplaatje staat vermeld in stand te houden.
Categorie M2
Bescherm de pomp met een afschermkap om schade door val-
lende of uitgeworpen voorwerpen te voorkomen.
8.2 Pomp met MAGdrive
Waarschuwing
Vul de pomp altijd met vloeistof en zorg ervoor dat
het minimale debiet wordt verkregen.
Zie de installatie- en bedieningsinstructies voor CRN MAGdrive
op http://net.grundfos.com/qr/i/96464310.
8.3 Pomp met dubbele afdichting
Back-to-back of tandem
8.3.1 Niet-ontvlambare vloeistoffen, pompunit
Categorie 2G/D
Zorg ervoor dat de pomp gevuld is met verpompte vloeistof tij-
dens bedrijf. Zorg, als dit niet mogelijk is, voor passende bewa-
king, bijvoorbeeld beveiliging tegen drooglopen om de pomp te
stoppen in het geval van een storing.
Categorie 3G/D
Er is geen aanvullende bewaking (droogloopbeveiliging) vereist
voor het pompsysteem.
8.3.2 Ontvlambare vloeistoffen - pompunit
Categorie 2G/D en 3G/D
Zorg ervoor dat de pomp gevuld is met verpompte vloeistof tij-
dens bedrijf. Zorg, als dit niet mogelijk is, voor passende bewa-
king, bijvoorbeeld beveiliging tegen drooglopen om de pomp te
stoppen in het geval van een storing. Zorg tevens voor oerei-
kende ventilatie rondom de pomp. De leksnelheid van een asaf-
dichting is minder dan 24 ml voor elke 24 uur in bedrijf. Zorg voor
toereikende ventilatie om de zoneclassificatie die op het type-
plaatje staat vermeld in stand te houden.
Categorie M2
Bescherm de pomp met een afschermkap om schade door val-
lende of uitgeworpen voorwerpen te voorkomen.
9. Bedrijfscondities
9.1 Maximale vloeistoftemperatuur
Bij normale werking van de pomp zijn de hoogste temperaturen te
verwachten aan het oppervlak van het pomphuis en bij de asaf-
dichting. De oppervlaktetemperatuur volgt normaliter de tempera-
tuur van de vloeistof. De temperatuurklasse (T1, T2 etc.) geeft de
maximale oppervlaktetemperatuur aan het oppervlak van de
pomp tijdens bedrijf aan. Zie paragraaf
9.2
Temperatuurberekening,
9.2.1
U kunt de toegestane vloeistoftemperatuur berekenen door de
maximale oppervlaktetemperatuur op te zoeken in de tabel in
paragraaf
9.2.1
Temperatuurklasse, bijv. T4 = 135 °C, en T4 te
verlagen met de temperatuurbijdrage voor de asafdichtingen. Zie
afb. 2. Overschrijd nooit de berekende vloeistoftemperatuur.
Pompen die zijn toegestaan voor het verpompen van vloeistoffen
tot maximaal 150 °C, zijn uitgerust met een asafdichting in tan-
demstructuur. In dit geval moeten de temperatuur en de volume-
stroom van de spervloeistof in overeenstemming zijn met de
beschrijving in de installatie- en bedieningsinstructies "CR, CRI,
CRN - Dubbele afdichting (tandem)".
Zorg ervoor dat de combinatie van CR pomp en droogloopbeveili-
ging beschreven staat in het explosieveilig document volgens de
1999/92/EC richtlijn.
De verantwoordelijkheid voor het controleren van de
correcte volumestroom en de temperatuur van de
N.B.
spervloeistof ligt bij de installateur of eigenaar.
9.2 Temperatuurberekening
De onderstaande afbeelding toont de maximale oppervlaktetem-
peratuur van de pomp als gevolg van de maximale vloeistoftem-
peratuur en de temperatuurstijging in de asafdichting.
Maximale oppervlaktetemperatuur.
Afb. 2 Maximale oppervlaktetemperatuur
Pos. Legenda afbeelding
1
Maximale temperatuur van de pomp
Temperatuurstijging in de asafdichting. Berekend door
2
Grundfos. Zie paragraaf
3
Maximale vloeistoftemperatuur
Temperatuurklasse. en afb. 2.
1
2
3
9.2.1
Temperatuurklasse.
57

Publicidad

loading