De afschuiningshoek instellen
Draai de vergrendelknoppen voor
de afschuiningshoek (11) los en til de
grondplaat (9) in de vereiste hoek.
Draai de vergrendelknoppen weer vast.
Als u de afschuiningshoek hebt afgesteld
op precies 0° of 45°, zaag dan volgens
respectievelijk de 0°-markering of 45°-
markering op de voorkant van de grondplaat
(9a).
Als u de afschuiningshoek hebt afgesteld
op precies 0° of 45°, dan kunt u de
afschuiningshoek kalibreren door middel van
de � jne afstelschroeven (8, 8a).
Gebruik
Maak de benodigde afstellingen voor de
taak die u wilt uitvoeren en steek daarna de
stekker van de invalzaag in het stopcontact.
In- en uitschakelen
Druk de veiligheidsknop (1) in en houd die
daar vast.
Druk op de aan/uit-knop (2) om de motor
van de invalzaag te starten. Nadat de motor
is gestart, kunt u de veiligheidsknop loslaten.
Laat de aan/uit-knop los en stop de zaag.
Leg de zaag nooit neer zolang de schijf niet
volledig gestopt is met draaien.
Zagen zonder geleiderail
Houd de zaag vast bij de handgrepen (3, 15).
Plaats de grondplaat (9) voor het werkstuk.
Schakel de zaag in en laat deze op volle
snelheid komen.
68
Druk de zaag naar beneden zodat het blad in
aanraking komt met het werkstuk en duw de
zaag met lichte druk naar voren.
Trek de zaag tijdens het zagen nooit naar
achteren.
Zagen met geleiderail
(alleen bij aanschaf van 33048)
Plaats de geleiderail (21) zo op het werkstuk,
dat de rubberen lip op de zaaglijn ligt.
Plaats de groef (20) van de grondplaat op
de geleider van de geleiderail zodat de
invalzaag op zijn plek blijft.
Houd de zaag vast bij de handgrepen (3, 15).
Schakel de zaag in en laat deze op volle
snelheid komen.
Druk de zaag naar beneden zodat het blad in
aanraking komt met het werkstuk en duw de
zaag met lichte druk naar voren.
Trek de zaag tijdens het zagen nooit naar
achteren.
Decoupeerzagen
Als u de zaag voor decouperen wilt
gebruiken, moet u zich goed bewust zijn
van het risico van terugslag wanneer het
blad in contact komt met het werkstuk.
Het kan nodig zijn om de grondplaat (9) te
verankeren of ondersteunen zodat deze niet
kan bewegen wanneer het blad door het
werkstuk zaagt.
Tijdens het decouperen kunt u de
zaagbreedtemarkeringen (16) gebruiken
om in de gaten te houden waar er wordt
gezaagd. De twee markeringen voor
zaagbreedte (16) tonen de positie van
het blad voor invalzagen (op maximale
zaagdiepte).
Reiniging en onderhoud
Reinig de zaag door de buitenkant schoon
te vegen met een vochtige doek. Gebruik
een borstel om zaagsel en vuil uit onhandige
hoekjes te verwijderen.