nl
LET OP
3~ 400 V zonder nulleiding N: nettrafo voorschake-
len.
6.4
Dubbelpompen
Alleen als hoofd- en reservepomp met automatische storingsover-
schakeling gebruiken:
1. Beide motoren afzonderlijk aansluiten en beveiligen.
2. Apart schakeltoestel aanbrengen.
3. Identieke instellingen uitvoeren.
6.5
Verzamelstoringsmelding (SSM)
Het contact van de verzamelstoringsmelding (potentiaalvrij ver-
breekcontact) kan op een gebouwbeheersysteem worden aange-
sloten. Het interne contact is in de volgende gevallen gesloten:
ƒ
De pomp is spanningsloos.
ƒ
Er is geen storing aanwezig.
ƒ
De regelmodule is uitgevallen.
GEVAAR
Elektrische schok!
Levensgevaar door spanningsoverdracht als de net-
en SSM-leiding gemeenschappelijk in een 5-aderige
kabel worden geleid.
ƒ
SSM-leiding niet op een lage veiligheidsspanning aansluiten.
ƒ
Kabel 5 x 1,5 mm² gebruiken.
50
Bij aansluiting van de SSM-leiding op een voedingsspanning:
ƒ
Fase SSM = Fase L1
6.6
Aansluiten
➜ Fig. 13 tot 19
7
In bedrijf nemen
7.1
Ontluchten
1. Installatie op een correcte manier vullen en ontluchten.
▶ De pomp ontlucht zich zelfstandig.
7.2
Bedrijfssituatie instellen
1. De gewenste bedrijfssituatie instellen via de bedieningsknop
➜ Fig. 20
▶ De led-weergave toont de bedrijfssituatie (c1, c2, c3) resp. de in-
gestelde gewenste waarde in m (bij Δp-c, Δp-v).
7.3
Storingen, oorzaken en oplossingen
7.3.1
Storingsoplossing
Bij een storing brandt de rode storingsmelding-led; bovendien
wordt via de led-weergave een foutcode weergegeven.
LET OP
Voor het verhelpen van storingen de uitgebreide
handleiding op internet in acht nemen ➜ Zie QR-co-
de
WILO SE 2020-12