Reiniging/onderhoud
Schakel het toestel uit en trek de netstekker uit
het stopcontact voor u het toestel reinigt (28).
• Een regelmatige reiniging is een voorwaarde voor een
hygiënische, storingsvrije werking. het toestel kan voor
de reiniging in een handomdraai worden gedemon-
teerd.
• Zet nooit het hele toestel onder water (30).
• Leeg het toestel geheel en reinig het als het met water
gevulde toestel langer dan een week niet meer gebru-
ikt is.
Aanbevolen reinigingsintervallen
De aanbevolen reinigingsintervallen zijn afhankelijk van de
lucht- en waterkwaliteit en van de bedrijfsduur. Een dunne
kalklaag op de schijven verhoogt het bevochtigingsvermo-
nl
gen!
• één- tot tweemaal per jaar het bovendeel van de
behuizing en de ventilator
• om de 2 weken de watertank en de bodemschaal
• om de 4 weken de bevochtigerschijven
Bovenzijde van de behuizing reinigen
Neem het bovendeel van het toestel af (32) en reinig één of
twee maal per jaar met een vochtige doek de binnenzijde
(33).
Ventilator reinigen
Bij het bovendeel van het toestel van de afdekking worden
gedemonteerd (34). Onder deze afdekking bevindt zich de
ventilator (35) die naar behoefte met een vochtige doek kan
worden gereinigd.
46
Watertank en de bodemschaal
(om de 2 weken)
• Til de watertank van het toestel, open het watertank-
deksel en reinig de tank (36 – 37).
• Bovendeel van het toestel wegnemen en de Ionic Silver
Stick verwijderen (38).
• Gangbaar ontkalkingsmiddel in de met water
gevulde bodemschaal gieten en laten inwerken;
schijvenpakket enige malen met de hand draaien (40).
• Waterbak legen (41), schijvenpakket afnemen (42) en
afspoelen (43).
• Verwijder de afzettingen op de bodemschaal met een
kunststof of houten borstel en een gangbaar verdund
afwasmiddel (44)
Bevochtigerschijven
(om de 4 weken)
Een dunne kalklaag op de schijven verhoogt het bevochti-
gingsvermogen! Voor het reinigen de afzonderlijke bevoch-
tigerschijven voor elkaar schroeven. De draaisluitingen
(tandwielen) kunnen met behulp van de multifunctionele
geurstofhouder makkelijk worden afgenomen (45). Aan-
sluitend kunnen de schijven afzonderlijk gewassen worden
(46 – 47).
• Het tandwiel kan slechts in één stand worden gemon-
teerd.
Het apparaat na de reiniging in omgekeerde volgorde weer
monteren. Aanwijzing: Draaisluitingen hebben twee rust-
standen. Let op: Niet te ver draaien!