5.
I N B E D R I J F S T E L L I N G
5.1
Geleidingsrail monteren
Markeer eerst de snijplaats.
Wanneer u de standaardrail met 2,18m gebruikt, plaatst u twee stalen pennen M12 (best slagpennen) op
een afstand van ca. 1,5m, 147 - 190mm van de snijlijn verwijderd (zie tekening).
Bevestig de beide bevestigingsconsoles [34] eerst los.
Zet er nu de geleidingsrail op en draai ze na het uitrichten vast.
Richt de beide bevestigingsconsoles op een afstand van 96mm tussen zaagblad en consolekant uit (z.
tekening).
Nivelleer de geleidingsrail met behulp van de nivelleerschroeven [32] en draai dan de schroeven [33] vast
aan.
Let er zeker op dat de beide consoles stevig vastzitten en tijdens de werking niet kunnen loskomen.
Plaats nu de eindaanslagen [35] op de gewenste positie op de geleidingsrail, in elk geval echter op de
uiterste plaats van de geleidingsrail.
Opgelet: bedien de zaag nooit zonder eindaanslagen, omdat anders de zaag uit de geleidingsrail
loopt, en daardoor grote schade kan veroorzaken.
Let u erop dat de zaag, alleen conform de tekening in het voorste deel van de bedieningshandleiding, op
de rail resp. de railsteun bevestigd wordt.
5.2
Motor van het support afnemen
Draai de sluitmoer [22] op tot u een duidelijke weerstand waarneemt.
Neem nu de motor aan de handgreep [23], druk deze linksdraaiend tot tegen de aanslag en verwijder de
motor.
5.3
Support op geleidingsrail zetten
Neem het support met beide handen aan de handgrepen [24] vast en zet het op de rail zoals op de tekening
weergegeven.
Monteer nu het support op de rail door met beide stelhefbomen [12] de beide zwenklagers [14] via de
excenterassen in te zwenken.
Let erop dat de geleidingen niet meer dan 0,1mm speling hebben.
5.4
Zaagmotor op support zetten
Plaats de zaagmotor [3] voorzichtig, door zacht heen- en weer draaien, in asrichting op het support en let
er daarbij op dat deze verbindingsplaats niet vuil is. Als de adapterplaat [31] zich dicht bij de
verbindingsplaats van het support bevindt, draai dan de motor rechtsdraaiend tot tegen de aanslag.
Opgelet: Sluitblok [18] moet zich in het langgat van de adapterplaat bevinden!
Draai nu de sluitschroef [22] rechtsdraaiend vast. Snelkoppeling [25] opsteken.
5.5
Snijwerktuig - Diamant-zaagblad monteren
Wanneer u niet vlak moet snijden, kiest u altijd de standaardbevestiging met bladflens en zeskantmoer. Zet
het zaagblad op de naaf en bevestig het met bladflens en zeskantschroef.
Bij precisiewerken moet u het blad eenzijdig op de spilflens [11] met de meegeleverde zes
zeskantschroeven [10] M8x10 bevestigen.
Gebruik het blad steeds in dezelfde draairichting.
Zet de bladbeveiliging op de bladgeleidingsarm en hang de spanlas met de trekveren in de trekveerhouder.
Opgelet: werk nooit zonder bladbeveiliging
54