Bedieningsvoorschrift
Zijkanaal - Vacuümpomp
O
F
E
F
M
Uitvoering
Dit bedieningsvoorschrift geldt voor de volgende meerstraps Zijkanaal-vacuümpompen: SMV 160, SMV 300 en
SMV 500.
De capaciteit bij vrije aanzuiging bedraagt 170, 300 en 470 m
de onderdruk word weergegeven op het gegevensblad D 561.
Beschrijving
De volgens het dynamische principe werkende typen SMV heeft contact vrije loopwielen die de wand niet raken. De
aangezogen lucht wordt door een ingebouwd Micro fijnfilter gereinigd. De vacuüm-pomp bevindt zich onder een
geluiddempende omkasting . In de geluiddempende omkasting bevindt zich een koelventilator op de koppeling, welke
de koellucht (E) onder de COVAC aanzuigt en de opgewarmde lucht bij de uitblaas (F) naar buiten brengt. De pomp wordt
aangedreven door een aangeflensde normmotor via een koppeling.
Via een vacuüm regelventiel (C) kan de gewenste vacuümdiepte worden ingesteld, doch niet boven de maximale
waarde.
Een vacuummeter (Y) geeft continue de onderdruk aan waarbij gewerkt wordt.
Extra toebehoren: Zonodig een terugslagklep (ZRK) Voorfilter (ZFP), een Vacuümdicht aanzuigfilter (ZVF) en een motor
beveiliging schakelaar (ZMS).
Toepassing
De machines zijn geschikt voor industriële toepassing, d.w.z. dat de beveiligingen conform EN DIN 294
zijn volgens tabel 4 voor personen boven de 14 jaar.
De SMV 160 kan voor continue bedrijf worden ingezet bij elke druk tussen de atmosfersich en een druk van 200 mbar
(abs). Gedurende een korte tijd is een einddruk van 150 mbar (abs) bij 50 Hz en 100 mbar (abs) bij 60 Hz toegestaan.
De SMV 300 en SMV 500 kan voor continue bedrijf worden ingezet bij elke druk tussen de atmosfersich en een druk
van 200 mbar (abs). Gedurende een korte tijd is een einddruk van 100 mbar (abs) bij 50 Hz en 60 mbar (abs) bij 60 Hz
toegestaan.
Bij gebruik onder 200 mbar verzoeken wij contact met Rietschle op te nemen.
De COVAC is geschikt voor het transporteren van lucht met een relatieve vochtigheid tot 90% en droge niet agressieve
gassen.
Er mogen geen gevaarlijke stoffen (b.v. brandbare of explosieve gassen of dampen), waterdamp of
agressieve gassen worden aangezogen.
Het verpompen van brandbare gassen is alleen toegestaan als alle hiervoor geldende veiligheids voorschriften
X1 opgevolgd zijn.
De omgevingstemperatuur moet liggen tussen de 5 en 40°C. Bij temperaturen buiten deze grenzen
verzoeken wij contact met ons op te nemen.
De standaard uitvoeringen mogen niet in explosiegevaarlijk ruimtes gebruikt worden. Speciale uitvoeringen met Ex-
motor zijn leverbaar.
Bij gebruik in omstandigheden waarbij, bij het uitvallen van de blower voor personen of zaken een
gevaarlijke situatie kan ontstaan, moet de installatie van de nodige beveiligingen worden voorzien.
C
E
E
3
/h bij 50 Hz. Het verband tussen de volume stroom en
Y
N
A
S
E
SMV
SMV 160
SMV 300
SMV 500
F
E
BN 561
1.11.2000
Werner Rietschle
GmbH + Co. KG
Postfach 1260
79642 SCHOPFHEIM
GERMANY
0 76 22 / 3 92-0
Fax 0 76 22 / 39 23 00
E-Mail: info@rietschle.com
http://www.rietschle.com
Rietschle BV
Bloemendalerweg 52
1382 KC WEESP
NETHERLANDS
02 94 / 41 86 86
Fax 02 94 / 41 17 06
E-Mail:
verkoop@rietschle.nl
http://www.rietschle.nl