Zelfdiagnose
Bij het inschakelen controleert de apparatuur de verbindingen om na te gaan of
de communicatie en de configuratie van de speakerunit correct zijn.
De tekst WACHTEN geeft aan dat de zelfdiagnose bezig is. Druk aan het
einde van de zelfdiagnosefase op de toets
te brengen.
Naast de menu-opties moet OK staan, en eronder SIMPLEBUS of SIMPLEBUS
TOP, afhankelijk van de configuratie van de speaker en de namenlijstmodule.
INITIALISEREN
OPGESLAGEN NAMEN
PASWOORD
SLEUTELS
SPEAK. SERIEEL
SIMPLEBUS
Taal instellen
Tijdens het inschakelen moet de gebruikstaal worden geselecteerd
(default=Italiaans).
1. Blader door de lijst met
.
2. Druk op
of
om te bevestigen.
TAAL KIEZEN
DANSK
SUOMI
*NEDERLANDS
OK
SCROLL
3. Druk op
om af te sluiten.
Het type download instellen
In de SIMPLEBUS/SIMPLEBUS TOP-modus en met aangesloten USB: tijdens
het inschakelen moet het downloadtype worden geselecteerd.
1. Blader door de lijst met
.
2. Druk op
of
om te bevestigen.
TYPE DOWNLOAD
*OFF
USB
RS485
OK
SCROLL
3. Druk op
om af te sluiten.
Voor het downloaden in de RS485-modus, zie het schema op
pag. 100.
Om storingen te voorkomen: tijdens het downloaden in de USB-
modus mag het deurstation niet extern worden gevoed.
Programmeringsmenu
Het programmeringsmenu biedt de volgende mogelijkheden:
•
beheer van het invoeren, wissen en wijzigen van namen, codes,
paswoorden, sleutels en de supercode;
•
wijziging van de instellingen (type download, systeemparameters, taal,
tweede taal, oproepbeheer...);
•
weergave van informatie op het apparaat.
46 46
om de module in de ruststand
OK
OK
OK
OK
OK
OK
ESC
OK
ESC
Ga naar het programmeringsmenu
Verplaats CV2 en schakel de spanning naar de module in
of:
1. Druk op
2. Voer de supercode in (default= 778899).
INVOEREN PASSWORD:
OK
3. Druk op
om te bevestigen.
GEGEVENSBEHEER
INSTELLINGEN
INFO
OK
SCROLL
1. Gegevensbeheer
Alvorens gegevens in de namenlijst op te slaan, is het raadzaam
om de volgende keuzes te doen:
•
de manier van oproepen, zie "2.5 Oproepbeheer"
•
de toegangscontrolemodus die u wilt toepassen, zie "2.6.
Toegangscontrole".
De invoer en wijziging van gegevens kunnen extern worden
beheerd door middel van de software 1249B (IR 003 - SW rev.
2.3 of hoger).
1.1. Namen
1.1.1 NAMEN INVOEREN
niet mogelijk als de oproepmodus IMMOTEC STANDAARD
of IMMOTEC AANGEPAST is, (zie par. 2.5)
Vanuit "namen invoeren" kunnen alle namen en de gegevens die eraan
gekoppelde zijn (oproepcode, aangepaste code, paswoord, RFID-sleutel)
worden ingevoerd
1. Ga naar de programmeringsfase, zie pag. 43
2. Kies gegevensbeheer/namen/namen invoeren en druk op
om te bevestigen.
3. Geef de naam in
MARIO ROSS_
ESC
***** 9
CANC
OK
ESC
of
OK
CANC