4.
Als het filter slechts weinig stof bevat, kunt u het snel en eenvoudig reinigen met de stofzuiger.
5.
Spoel het filter onder stromend water (max. 40 °C) af en droog het vervolgens met een zachte
doek.
6.
Als u een actief koolfilter gebruikt, verwijder dan voorzichtig het vuil en plaats vervolgens het filter
samen met het stoffilter weer in het apparaat.
7.
Zodra het filter is gereinigd, gebruikt u de reset-knop om de filtervervangingsindicator te resetten.
8.
Reinig het apparaat met een vochtige doek en wrijf het dan met een droge doek na.
9.
Gebruik geen chemische oplosmiddelen (zoals benzine, alcohol) of heet water.
10. Wanneer het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt, schakel het dan uit en verwijder de stekker
uit het stopcontact. Zet het apparaat op een droge, koele en veilig plaats weg.
PROBLEEMBEHANDELING
Probleem
Er komt warme lucht uit de
luchtuitlaat
Het apparaat functioneert
niet.
Het apparaat ontvochtigt
niet.
Er stroomt geen lucht uit.
Harde geluiden tijdens
ingebruikname.
Foutcode
Oorzaak
-----------
Is het apparaat aangesloten
op de stroom?
Controleer de
omgevingstemperatuur.
Brandt de indicatie "tank vol"
(waterreservoir is vol of
verkeerd geplaatst)?
Is de luchtinlaat of -uitlaat
geblokkeerd?
Is de temperatuur of
luchtvochtigheid in de ruimte
te laag?
Is het luchtfilter vervuild?
Is de luchtinlaat of -uitlaat
geblokkeerd?
Staat het apparaat scheef of
instabiel?
Is het luchtfilter vervuild?
Vochtigheidssensor
E2
beschadigd of defect.
De kamertemperatuur is
CL
lager dan 5° C.
De kamertemperatuur is
CH
hoger dan 35°C.
Wanneer de relatieve
LO
vochtigheid in de kamer lager
is dan 20%.
Oplossing
De ontvochtiger heeft geen koelfunctie, de
lucht komt direct uit de condensor. Dit is
geen defect.
Sluit het netsnoer aan.
De temperatuur moet tussen 5 - 35°C
liggen.
Maak het waterreservoir leeg en zet het
opnieuw in de juiste positie.
Controleer de luchtinlaat en -uitlaat en
verwijder zo nodig alle obstructies.
Controleer de instellingen op het toestel.
Als de ingestelde vochtigheid lager is dan
de omgevingsvochtigheid en/of 20%,
stopt het apparaat met ontvochtigen.
Reinig het filter zoals is beschreven in de
gebruiksaanwijzing.
Controleer de luchtinlaat en -uitlaat en
verwijder zo nodig blokkerende
voorwerpen.
Plaats het apparaat op een stabiele,
vlakke ondergrond.
Reinig het filter zoals is beschreven in de
gebruiksaanwijzing.
Neem contact op met uw dealer.
De compressor en ventilator zullen in
deze toestand uitschakelen.
De compressor en ventilator zullen in
deze toestand uitschakelen.
De compressor en ventilator zullen in
deze toestand uitschakelen.