Asco 551 Serie Guia De Instalacion página 6

Algemene Installatie- en Onderhoudsinstructies
Magneetafsluiters uit serie 551-553, metaal-op-metaal,
huis van roestvrij staal, 1/4", 1/2" schroefdraad
OMSCHRIJVING VAN DE GOEDKEURING
Versies die onder de goedkeuring vallen:
Roestvrijstalen huis (serie 551, 553), monostabiel
(terugstelveer) of bistabiel, 5/2 versie geïsoleerd van
buitenatmosfeer.
- met getapte 1/4 (551) of 1/2 (553) poorten - 551, met ¼"
schroefdraadaansluiting, max. poortdiepte 11,5 mm
(Sluit de druktoevoer niet aan op de uitlaatpoort 3).
- Neem bij het aansluiten van de benodigde leidingen voor
de gewenste functie de aanwijzingen in dit document en de
poort-markeringen op het product in acht.
- Zorg dat er geen vuil in de leidingen kan komen, om schade aan
de afsluiter te voorkomen. Beperk het gebruik van afdichttape
en afdichtingsmateriaal tot een minimum.
- Deze afsluiters zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik met
schone en droge lucht of inert gas volgens ISO 85731: 2010
(5:1:-). Aanbevolen fi ltratieminimum: 50 micron. Het dauwpunt
van het gebruikte medium dient minstens 10°C onder de
minimumtemperatuur te liggen waaraan het medium ooit zal
worden blootgesteld. Indien gesmeerde lucht wordt gebruikt,
dient het smeermiddel geschikt te zijn voor de gebruikte
elastomeren.
Instrumentatielucht conform ANSI/ISA norm S7.3 (1975)
voldoet ruimschoots aan deze vereisten en is daardoor een
geschikt medium voor deze afsluiters.
Alle uitlaatpoorten van de afsluiters en stuurafsluiters
!
moeten worden beschermd met de roestvrijstalen
uitlaatbeschermers. Sluit deze uitlaatbeschermers aan op
poorten 3 – 5 (5/2) van de afsluiters. Bij gebruik in de
buitenlucht of langdurige opslag en/of indien blootgesteld
aan ongunstige omgevingen (stof, vloeistoffen etc.),
moeten er uitlaatbeschermers worden gebruikt. De
betrouwbaarheid van de afsluiter kan niet worden
gegarandeerd bij gebruik van een andere dan de
meegeleverde uitlaatbeschermer.
- Toegestane temperatuurbereik: -60°C tot +60°C
- Werkdrukbereik: 2,5 tot 10,4 bar
ALGEMENE BESCHRIJVING
Versies geïsoleerd van atmosfeer: De interne onderdelen
van de afsluiter zijn geïsoleerd van de buitenatmosfeer om
bescherming te bieden in agressieve omgevingen. Alle
uitlaatpoorten van de spoelafsluiter kunnen van pijpen worden
voorzien, zodat er een betere bescherming tegen de omgeving
kan worden geboden, met name aanbevolen voor kwetsbare
gebieden zoals clean-rooms en applicaties in de farmaceutische
of voedselverwerkende industrie. Het is noodzakelijk leidingen
of fi ttingen aan te sluiten op de uitlaatpoorten om de interne
onderdelen van de spoelafsluiter te beschermen bij gebruik in
de buitenlucht of ongunstige omgevingen (stof, vloeistoffen, etc.).
SPECIALE VOORWAARDEN VOOR VEILIG GEBRUIK
De afsluiter moet aangesloten zijn op aarde (zie "Aansluiting").
De maximum mediumtemperatuur mag niet hoger zijn dan de
omgevingstemperatuur.
Bij langdurig opslag vóór gebruik, moet de afsluiter in de origi-
nele verpakking blijven. De beschermende elementen van de
aansluitpoorten en de magneetkoppen moeten blijven zitten.
Opslagvoorwaarden: beschermd tegen blootstelling aan weer;
opslagtemperatuur: -60 C tot +70°C; relatieve vochtigheid: 95 %.
Na opslag op lage temperatuur moeten de afsluiters geleidelijk
op omgevingstemperatuur worden gebracht voordat zij voor
de eerste onder druk worden gebracht.
De spoelafsluiters mogen uitsluitend worden toegepast binnen
de op het typeplaatje aangegeven specifi caties. Wijzigingen zijn
alleen toegestaan na overleg met de fabrikant of diens verte-
5/2
genwoordiger. Deze magnetische spoelafsluiters zijn ontworpen
voor bedrijf met gefi lterde lucht of neutraal gas. Overschrijd nooit
de toegelaten maximumdruk van de afsluiter = 10,4 bar. Let op:
neem de minimale stuurdrukwaarde van 2,5 bar in acht. Alleen
vakkundig personeel mag de afsluiter installeren en onderhouden.
Overeenstemming met de fundamentele arbo-vereisten is gega-
randeerd door overeenstemming met Europese norm EN 13463-1.
Ga, bij montage van dit product aan een ATEX-stuurafsluiter,
uit van de minst gunstige categorie, maximale werkdruk en
temperatuur. Overeenstemming met de fundamentele arbo-
vereisten is gegarandeerd door overeenstemming met Europese
norm EN 13463-1.
De montagepositie van de stuurafsluiters weergegeven in de
fi guren op pagina 36 en de aangegeven aandraaimomenten
moeten in acht worden genomen.
Voor magneetkoppen en stuurafsluiters naar ATEX, dienen
de gebruiksinstructies die zijn opgenomen in de Installatie-
instructies die met het product worden geleverd strikt te
worden opgevolgd.
AANSLUITING
!
ATEX-versies: Zorg ervoor dat alle metalen of geleidende
delen altijd onderling en met aarde verbonden zijn. Het afsluiter-
huis is met aarde verbonden met de bevestigingsschroef (ref. F).
De afsluiters mogen in alle standen worden gemonteerd.
Versies met getapte poort 1/4 en 1/2 (pagina 36):
Monteer de afsluiter met twee schroeven (ref. 8) (niet geleverd).
PNEUMATISCHE AANSLUITING (fi g. pagina 36)
• Plaats de geleverde roestvrijstalen uitlaatbeschermers
(ref. 3).
• Aansluiting versie met pneumatische stuurafsluiter:
1/8 NPT of 1/4 NPT.
• Aansluiting van stuuruitlaten (M5)
De uitlaten kunnen worden verzameld.
• Algemene aanbevelingen voor pneumatische aansluiting
De leidingen moeten correct worden ondersteund en
uitgelijnd, om elke mechanische belasting van de afsluiter
te vermijden. Bij het vastschroeven mag u de afsluiter niet
als hefboom gebruiken; plaats gereedschappen zo dicht
mogelijk bij het aansluitpunt. Gebruik een zodanig koppel voor
leidingverbindingen dat het product niet wordt beschadigd.
• Getapt 1/4 en 1/2:
Stuurafsluiter aansluiten:
luit leidingen aan zoals aangegeven op het label:
- 5/2-functie:
Drukinlaat bij poort 1. Drukuitlaten bij poort 2 en 4. De uitlaten
worden door de afsluiter geleid naar poort 3 en 5.
ONDERHOUD
!
Voor de inbedrijfname en voordat u begint aan onderhouds-
werk moet u de elektrische voeding uitschakelen en de
afsluiter drukloos maken om elk risico op het ontstaan van
persoonlijk letsel of materiële schade te vermijden.
• Reiniging
Hoeveel onderhoud de afsluiters vereisen, hangt af van de
gebruiksomstandigheden. Zorg voor regelmatig onderhoud.
Controleer tijdens het onderhoud of onderdelen zijn versleten.
Een reinigingsbeurt is nodig wanneer het werkritme vertraagt
terwijl de stuurdruk correct is, of wanneer een abnormaal
geluid of lek wordt waargenomen.
12
Algemene Installatie- en Onderhoudsinstructies
NL
• Geluidsniveau
Het geluidsniveau kan pas worden bepaald nadat de afsluiter
is ingebouwd. De geluidsemissie hangt af van de toepassing,
het gebruikte medium en het type apparatuur.
• Preventief onderhoud
- Gebruik de afsluiter ten minste één keer per maand om de
werking ervan te controleren.
- In geval van problemen tijdens onderhoud of als er ondui-
delijkheden zijn, dient men zich tot ons of onze bevoegde
vertegenwoordigers te wenden.
• Storingen verhelpen
- Onjuiste uitlaatdruk: Controleer de druk aan de inlaatzijde
van de afsluiter, deze moet overeenstemmen met de
specifi caties op het typeplaatje.
Let op: neem de minimale stuurdrukwaarde van 2,5 bar in acht.
Controleer of de afsluiter correct werkt voordat u hem opnieuw
in bedrijf stelt, om zo elk risico op lichamelijk letsel of schade
aan de apparatuur te vermijden.
• Reserveonderdelen
Spoelen zijn verkrijgbaar als reserveonderdelen.
Vervang zo nodig de hele afsluiter.
530552-001
Magneetafsluiters uit serie 551-553, metaal-op-metaal,
huis van roestvrij staal, 1/4", 1/2" schroefdraad
13
NL
5/2
530552-001