B
Overzicht van het toestel
Gebruiks- en omgevingstemperatuur
We raden aan de klassieke
klimaatklassen die aangeduid
worden op de productfiche
en op het typeplaatje te
respecteren, hierdoor kunt
u nagaan in welk bereik van
omgevingstemperatuur het
toestel kan worden gebruikt.
- SN: Tussen 10 en 32 °C
- N: Tussen 16 en 32 °C
- ST: Tussen 16 en 38 °C
- T: Tussen 16 en 43 °C
Een toestel met multiklassen
kan de laagste en hoogste
temperatuur van alle gedekte
klassen bereiken.
H e t g e b r u i k v a n h e t
t o e s t e l
omgevingstemperatuurbereik
tast de prestaties en de
levensduur van het toestel
aan.
Omgevingstemperatuur T°C (± 1°C) Laag < 17°C
Positie van de thermostaat
46
NL
b u i t e n
d i t
Instellen van de thermostaat
Voor een optimaal gebruik
en energiebesparing, raden
we aan de thermostaat van
het toestel te regelen volgens
de omgevingstemperatuur
waarin het toestel gebruikt
wordt onder voorbehoud
va n h e t n a leve n va n d e
klimaatklasse(n).
D e
g r a d e n
omgevingstemperatuur T°
C worden ter informatie
gegeven.
De plaatsing in de ruimte, de
frequentie van het openen
van de deur(en) of de mate
w a a r i n h e t t o e s t e l m e t
voedingsmiddelen is gevuld,
kunnen de voormelde posities
beïnvloeden.
De positie van de thermostaat
dient aangepast te kunnen
worden om deze factoren te
compenseren.
Ideaal 17-27°C
-18°C
-18°C
v a n
d e
Hoog > 27° C
-18°C