NEDERLANDS
Waarschuwing! De klemvoet moet steeds boven de
grondplaat van de zaag vastgeklemd blijven, wanneer de
klem wordt gebruikt. Klem het werkstuk altijd vast op de
grondplaat van de zaag – niet op een ander onderdeel van het
werkgebied. Controleer dat de klemvoet niet op de rand van
de grondplaat van der zaag is geklemd.
Waarschuwing! Gebruik altijd een werkklem zodat u de
controle behoudt en het risico van beschadiging van het
werkstuk en van persoonlijk letsel wordt beperkt, als u uw
handen op een afstand van minder dan 6" (152 mm) van het
zaagblad moet houden tijdens het zagen. Als u niet met de
hand het werkstuk op de tafel of tegen de langsgeleiding kunt
vasthouden (onregelmatige vorm, enz.), of uw hand zou dan
minder dan 6" (152 mm) van het zaagblad af zijn, moet u een
klem of een andere voorziening gebruiken.
Gebruik de materiaalklem die bij uw zaag wordt geleverd.
Als u een materiaalklem wilt kopen, neem dan contact op
met uw dichtstbijzijnde leverancier of een Stanley Fatmax-
servicecentrum.
Andere hulpmiddelen zoals veerklemmen, lijmklemmen of
klemschroeven kunnen waarschijnlijk goed van pas komen bij
materiaal van bepaalde afmetingen en vormen. Ga voorzichtig
te werk bij het kiezen en plaatsen van deze klemmen. Neem
de tijd om de zaagsnede uit te proberen voordat u gaat zagen.
Een klem plaatsen (Afb. P)
Steek de klem (37) in het gat (19) achter de
u
langsgeleiding. De klem moet naar de achterzijde van
de verstekzaag wijzen. De groef op de klemstang moet
geheel in de grondplaat worden gestoken. Controleer dat
deze groef volledig in de grondplaat van de verstekzaag is
gestoken. Als de groef zichtbaar is, zit de klem niet goed
vast.
Draai de klem 180º naar de voorzijde van de verstekzaag.
u
Draai de knop los zodat u de klem omhoog en omlaag
u
kunt aanpassen, stel vervolgens de klem nauwkeurig af
op het werkstuk door middel van de fijnafstellingsknop.
Opmerking: Plaats de klem op de tegenovergestelde zijde
van de grondplaat bij het schuin afzagen. PROBEER ALTIJD
EERST ZAAGSNEDEN UIT (ZAAG UITGESCHAKELD)
VOORDAT U ZE UITVOERT, ZODAT U HET PAD VAN
HET ZAAGBLAD KUNT CONTROLEREN. CONTROLEER
DAT DE KLEM NIET DE WERKING VAN DE ZAAG OF DE
BESCHERMKAP VERHINDERT.
Aanpassingen
Uw verstekzaag is in de fabriek ten tijde van de productie
volledig en nauwkeurig afgesteld. Als ten gevolge van het
vervoer, van werkzaamheden of een andere oorzaak een
nieuwe afstelling nodig is, volg dan onderstaande instructies
voor het afstellen van uw zaag.
78
(Vertaling van de originele instructies)
Wanneer deze aanpassingen zijn uitgevoerd, zouden zij
nauwkeurig moeten blijven. Neem nu even de tijd deze
instructies nauwgezet op te volgen, zodat de nauwkeurigheid
waartoe uw zaag in staat is, is gegarandeerd.
Aanpassing van de afkorthoek (Afb. Q1)
Vergrendel de arm in de omlaag-positie. Ontgrendel de
verstekvergrendeling (5) en draai de verstekarm tot de
verstekgrendelknop (6) wordt vergrendeld in de verstekstand
voor 0°. Vergrendel de knop voor de verstekvergrendeling
niet. Plaats een winkelhaak tegen de langsgeleiding van de
zaag en het zaagblad, zoals wordt getoond. (Raak de punten
van de tanden van het zaagblad niet met de winkelhaak aan.
Als u dat doet zal dat leiden tot een onnauwkeurige meting.)
Als het zaagblad niet haaks op de langsgeleiding staat, draai
de langsgeleiding dan los en verplaats deze tot het zaagblad
haaks op de langsgeleiding staat, dit kunt u meten met de
winkelhaak. Let op dat moment niet op de uitlezing van de
verstekaanwijzer.
Afschuinhoek haaks op de tafel uitlijnen (Afb. Q2)
U kunt het zaagblad haaks op het tafelblad uitlijnen door de
arm in de neerwaartse positie te vergrendelen met behulp
van de vergrendelpen (20). Plaats een winkelhaak tegen het
zaagblad, let op dat de haak niet boven op een tand staat.
Draai de vergrendelknop voor de afschuinhoek (5) los en zorg
ervoor dat de arm stevig tegen de 0° afschuinstop staat. Draai
de 0° stelschroef voor het afschuinen met een 1/2" (12,7 mm)
dopsleutel (niet meegeleverd) tot het zaagblad op 0° staat ten
opzichte van de tafel, gemeten met een winkelhaak.
Activering van de beschermkap en zichtbaarheid
(Afb. V)
Waarschuwing! Gevaar voor beklemming. Beperk het
risico van letsel, houd uw duim onder de bedieningshendel,
wanneer u de hendel omlaag trekt. De onderste beschermkap
zal omhoog bewegen wanneer u de bedieningshendel
naar beneden trekt, en daardoor kunt u zich klemmen. De
onderste beschermkap (4) is ontworpen voor het automatisch
vrijgeven van het zaagblad wanneer de arm omlaag wordt
gebracht en het bedekken van de arm wanneer de arm
omhoog wordt gehaald. Laat de arm na ieder gebruik of na
het uitvoeren van aanpassingen (zonder aandrijving van
de zaag) een gehele cyclus doorlopen en controleer dat de
beschermkap gelijkmatig opent en geheel sluit. De kap mag
niet aanraking met het zaagblad komen. Haal met de arm
omhoog de beschermkap omhoog (zaag uitgeschakeld),
zoals wordt getoond in Afbeelding V en laat de arm weer los.
De beschermkap moet snel volledig sluiten. Gebruik de zaag
niet als de beschermkap niet vrij beweegt en zich niet snel
sluit. Zet de beschermkap nooit vast met een klem of met
iets anders, in een geopende stand, wanneer u met de zaag
werkt.